Stemmen uit de Middeleeuwen t/m 17e eeuw
In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 150 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Jullie gaan in groepjes werken. Ieder groepje krijgt van de docent een ander boek van de lijst. Jullie gaan dit boek allemaal lezen. Vervolgens werkt de groep:
a. de algemene en de specifieke vragen over jullie boek uit
b. maken jullie de schrijfopdracht samen en
c. maken jullie de keuzeopdracht bij jullie boek.
Jullie slaan al het werk goed op; dit wordt later op een speciale Fakebookpagina geplaatst.
Slide 2 - Tekstslide
1. Karel ende Elegast
2. Van den vos Reynaerde
3. Beatrijs
4. Lanseloet van Denemarken
5. Mariken van Nieumeghen
6. De klucht van de meulenaer
Slide 3 - Tekstslide
Je mag voor de opdrachten gebruik maken van de volgende bronnen:
De aantekeningen bij de powerpointpresentatie
www.hetstreek.nl de site van onze mediatheek
en wellicht heb je zelf nog andere bronnen gevonden.
Slide 4 - Tekstslide
We gaan ons bezighouden met de volgende algemene vragen:
1. Met welk doel werd het verhaal geschreven of verteld?
2. Door wie werden die verhalen gelezen of gehoord?
3. Hoe hangen die verhalen samen met de tijd waarin ze
ontstaan zijn?
Slide 5 - Tekstslide
Karel ende Elegast; specifieke vragen:
1. Wie is Karel?
2. Welke symboliek hoort bij het getal 3 en geef voorbeelden uit de tekst?
3. Waarom moet Karel gaan stelen?
4. Trouw speelt een grote rol. Wie zijn er allemaal trouw en waaraan?
5. Is dit een hoofs of een voorhoofs verhaal?
6. Hoe staat het met de rol van de vrouw in dit verhaal en hoe komt dat?
7. Welke boodschap aan de middeleeuwers heeft dit verhaal?
Slide 6 - Tekstslide
b. schrijfopdracht
Je komt als Middeleeuwer net van het kasteel waar je een uitvoering van het verhaal van Karel ende Elegast hebt gezien. Je gaat naar huis en
schrijft een recensie over dit verhaal van max. 600 woorden Arial lettergrootte 12. Je vertelt hierin wat je hebt gezien en geleerd van het verhaal. Je beschrijft ook wat je er van vond.
Slide 7 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
* Maak een Vlog over dit verhaal of
* Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
* maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 8 - Tekstslide
Van den vos Reynaerde; specifieke vragen:
1. Wat is een hofdag?
2. Waarom zijn de personages uit dit boek dieren en geen mensen?
3. Leg de standentheorie uit? Verwijs naar de dieren in dit verhaal.
4. Tot welke stand behoort Reynaert en hoe weet je dat?
5. Welke rol speelt de symboliek van het getal 3 en waar kom je dat tegen?
6. Waarom is dit verhaal een satire?
7. Wie is Willem en wat weet je van hem?
Slide 9 - Tekstslide
b. schrijfopdracht
Jullie gaan Willem thuis opzoeken en je gaat hem een aantal vragen voorleggen. Begin met het verzinnen van goede vragen. Schrijf dan een kladversie van het zogenaamde interview met Willem. In het interview kunnen allerlei zaken aan de orde komen. Wat er in ieder geval in voorkomt, is de bedoeling van het boek over Reinaert. Let op: jullie interviewer (dat zijn jullie zelf) is uitermate kritisch en zij/hij is ook erg goed in doorvragen. Dat betekent dat Willem in dit gesprek heel hard moet werken om duidelijk te maken waar hij voor staat. De antwoorden op de vragen zijn minstens vijfmaal zo lang als de vraag. Het interview is minimaal een kantje A4 lang. Gebruik Arial lettergrootte 12. Breng onderscheid aan tussen de vragen en de antwoorden door de vragen dikgedrukt te maken. Wanneer je van het antwoord naar een nieuwe vraag overgaat, gebruik je een witregel.
Slide 10 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 11 - Tekstslide
Beatrijs; specifieke vragen:
1. Welke rol speelt het geloof in dit verhaal?
2. Onder welke literatuur valt dit verhaal?
3. Wat zijn de beroepen van Beatrijs?
4. Waarom verlaat zij het klooster?
5. Geef in een schema aan wat er gebeurt!
6. Welke rol speelt de symboliek van het getal 7 en waar kom je dat tegen?
7. Wie heeft de rol van Beatrijs overgenomen inhet klooster?
Slide 12 - Tekstslide
b. schrijfopdracht
De twee zoons van Beatrijs zeuren hun 'pleegvader' de oren van het hoofd met hun steeds terugkerende vraag waar hun moeder is en wie hun vader is. Op een dag vertelt de abt over Beatrijs in het klooster. De twee zoons krijgen van hem de gelegenheid samen een brief te schrijven aan hun moeder, die hij zal bezorgen. Zo gezegd, zo gedaan. De brief komt bij Beatrijs en zij besluit haar zoons terug te schrijven. Beide brieven ga je schrijven. In de brief van de zoons komt in ieder geval de vraag aan de orde, waarom zij hen heeft achtergelaten bij de weduwe en waarom ze is teruggekeerd naar het klooster. Ook komt aan bod waarom hun vader haar in de steek heeft gelaten. Beatrijs beantwoordt deze vragen en geeft de jongens zeer zorgvuldig en uitgebreid inzicht in haar afwegingen voor haar handelen. Ook doet zij haar uiterste best om de vader zo sympathiek mogelijk af te schilderen, om de jongens te sparen. Dat lukt haar wonderwel. Naast deze verplichte ingrediënten mogen er uiteraard ook andere zaken in de brieven besproken worden. Zorg dat je brieven geloofwaardig zijn, zowel vanuit de zoons als vanuit Beatrijs.
De brieven zijn samen minimaal een kantje lang. Gebruik Arial lettergrootte 12.
Slide 13 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 14 - Tekstslide
Lanseloet van Denemarken; specifieke vragen
1. Wie is de hoofdpersoon en wat is er aan de hand?
2. Welk personage zit de liefde dwars?
3. Wat gebeurt er met Sanderijn als zij weggestuurd wordt van het hof?
4. Welk verhaal vertelt Sanderijn aan Reinout?
5. Noem de abele spelen?
6. Wat zijn abele spelen en leg de rol van dit boek uit?
7. Hoe loopt het af met Lanseloet?
Slide 15 - Tekstslide
b. schrijfopdracht
JUllie gaan Sanderijn thuis opzoeken en je gaat haar een aantal vragen voorleggen. Begin met het verzinnen van goede vragen. Schrijf dan een kladversie van het zogenaamde interview met Sanderijn. In het interview kunnen allerlei zaken aan de orde komen. Wat er zeker in voorkomt, is de bedoeling van het boek over Lanseloet. Let op: jullie interviewer (dat zijn jullie zelf) is uitermate kritisch en zij/hij is ook erg goed in doorvragen. Dat betekent dat Sanderijn in dit gesprek heel hard moet werken om duidelijk te maken waar zij voor staat. De antwoorden op de vragen zijn minstens vijfmaal zo lang als de vraag. Het interview is minimaal een kantje lang. Gebruik Arial lettergrootte 12. Breng onderscheid aan tussen de vragen en de antwoorden door de vragen dikgedrukt te maken. Wanneer je van het antwoord naar een nieuwe vraag overgaat, gebruik je een witregel.
Slide 16 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 17 - Tekstslide
Mariken van Nieumeghen; specifieke vragen:
1. Welke rol speelt het geloof?
2. Onder welke literatuur valt dit verhaal?
3. Wie is Mariken en waarom gaat zij met Moenen mee?
4. Zij verandert haar naam, waarom en hoe heet zij voortaan?.
5. Zit er symboliek in dit verhaal en zoja, welke en waar?
6. Geef een schema van het verloop van het verhaal.
7. Wat is een wagenspel?
Slide 18 - Tekstslide
Opdracht b. schrijfopdracht
lees eerst onderstaande link:
- Lees bron 1. Vervolgens ga je op zoek op internet naar betrouwbare informatie over loverboys. Noteer bij de bruikbare fragmenten de sites waar je de informatie vandaan hebt gehaald en de datum van raadpleging.
- Stel een profiel op van een loverboy. Aan welke kenmerken voldoet zo'n jongen? Wat is zijn leeftijd? Zijn achtergrond? Schoolcarrière? Hoe ziet hij eruit? Wat denkt hij? Wat doet hij? Hoe herkent een meisje een loverboy? Vertel dit in een verslagje van minimaal een half A4'tje Arial lettergrootte 12. Je mag puntsgewijs zaken opschrijven.
- Je leest de tekst van Mariken nogmaals, maar nu met het profiel van een loverboy ernaast. Besteed bij het herlezen ruim aandacht aan de rol van Moenen. Zou je hem wel of niet willen typeren als loverboy? Verwoord niet alleen je mening, maar onderbouw deze met argumenten, waarbij je verwijst naar de tekst (Bijvoorbeeld: 'In versregel 104 staat dat hij….'). Kom tot slot tot een afgewogen oordeel over Moenen. Minimaal 1 A4 in Arial lettergrootte 12. Zoek een passend beeld (foto, portret) van de vriend op internet en plak dit bij het verslag van je onderzoek.
Slide 19 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 20 - Tekstslide
Warenar; specifieke vragen:
1. Waarom is dit een stuk uit de Renaissance en
waar in het verhaal ontdek je dat? Leg uit!
2. Wie is Warenar?
3. Hoe komt hij aan de pot met geld en waar verstopt hij die en waarom?
3. Geef een schema van het verloop van het verhaal.
4. Waarvoor heeft P.C. Hooft dit stuk geschreven en leg uit!
5. Wat is de wijze les uit dit verhaal?
Slide 21 - Tekstslide
Warenar
b. schrijfopdracht;
- Er zijn genoeg komische tv-series. Welke vind jij grappig?
- Zoek een aflevering van deze tv-serie en bekijk deze. Neem de link naar deze aflevering op in de uitwerking van deze opdracht.
3. Vul het schemahumor in. Je maakt 2 kolommen, met in kolom 1 Warenar met voorbeelden en in kolom 2 voorbeelden uit de
gekozen aflevering.
noteer het verschil in humor tussen het boek en jouw serie.
4. Beschrijf het verschil in humor tussen het boek en jouw serie. Beschrijf ook het effect op jullie als toeschouwer en lezer.
Natuurlijk volsta je niet met 'grappig' o.i.d., maar geef je aan wat er bij jou gebeurde (of niet). Dus steeds: '[effect], want /
doordat ..". Je schrijft een informatieve tekst van 1 A4 in Arial lettergrootte 12.
Slide 22 - Tekstslide
opdracht c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 23 - Tekstslide
Klucht van de meulenaer; Specifieke vragen:
1. Welke personages komen voor in dit toneelstuk? Leg uit wie
ze zijn.
2. Waar speelt het verhaal zich af en waarom?
3. Waarom heeft de hoofdpersoon het beroep meulenaer?
4. Geef in een schema het verloop van het verhaal weer.
5. Wat is de moraal en de les uit dit verhaal.
6. Vind jij het eerlijk dat Joost ontslagen wordt? Leg uit!
7. Wat betekent: Het kan verkeren en leg dit uit!
Slide 24 - Tekstslide
b. schrijfopdracht
Stel dat Bredero nog zou leven. Je gaat per mail vragen aan hem voorleggen over deze klucht. Bereid een schriftelijk interview met hem voor. Denk ook na over mogelijke antwoorden en noteer ze. Het interview is minimaal een kantje A4 lang. Gebruik Arial lettergrootte 12.
a. Maak een lijstje met vragen.
b. Stel de mail op en leg de geadresseerde jouw vragen voor.
c. Een goed journalist stelt niet alleen vragen, maar bereidt zich ook voor op de antwoorden, zodat hij in staat is om 'door te vragen'. Welke antwoorden verwacht je van Bredero?Noteer deze zorgvuldig.
Slide 25 - Tekstslide
c. keuzeopdracht
*Maak een Vlog over dit verhaal of
*Film een stukje dat jullie zelf naspelen of
*maak een trailer van dit verhaal
Deze filmpjes maak je met je mobiel en ze duren maximaal 6 minuten.
Slide 26 - Tekstslide
De opdrachten worden gemaakt en goed opgeslagen op de computer.
Jouw docent vertelt jullie over de fakebook pagina, waarop je de antwoorden op de algemene vragen en de a, b en c opdrachten plaatst.
Slide 27 - Tekstslide
Stappenplan aanmaken Fakebook
Als alle opdrachten klaar zijn, maken jullie per groep een Fakebookpagina aan. Op deze pagina posten jullie de resultaten van de opdrachten. Voor het maken van een Fakebookpagina lezen jullie de volgende stappen goed door.
1. Ga naar de website https://www.classtools.net/FB/home-page.
Hier kunnen jullie je Fakebookprofiel aanmaken.
2. Daarna vullen jullie de gegevens op jullie profiel in: naam, profielfoto, omslagfoto en algemene informatie. Uit deze informatie moet duidelijk worden over wel boek de
Fakebookpagina gaat. Vrienden hoeven niet toegevoegd te worden.
Slide 28 - Tekstslide
3. Vervolgens kunnen jullie de tijdlijn vullen met de antwoorden op de opdrachten. De manier waarop je dat doet, is geheel aan jullie, maar zorg wel dat de resultaten overzichtelijk en duidelijk op jullie pagina staan. Wees creatief en maak er een mooi geheel van!
4. Het is belangrijk dat jullie niet vergeten om jullie Fakebookprofiel op te slaan. Dit kan pas als de gegevens zijn ingevuld en er ten minste vijf berichten geplaatst zijn. Klik, nadat jullie dat gedaan hebben, op Save, rechtsboven in de hoek. Vervolgens moeten jullie een wachtwoord opgeven. Kies iets gemakkelijks, iets wat jullie niet snel vergeten. Als het wachtwoord is opgegeven krijgen jullie een link. Bewaar deze link goed. Met deze link kunnen jullie altijd terug naar jullie Fakebookpagina.
5. Als jullie pagina helemaal af is, mailen jullie de link naar de docent.
