Nieuwsbegrip 'Jeugdjournaal' Versie C

Tekst Nieuwsbegrip
  • Lees de tekst. 
  • Bedenk alvast wat het onderwerp van de tekst is. 
  • Streep opvallende signaalwoorden aan. 
  • Noteer wat voor zaken je nog verder opvallen in de tekst.

Hierna krijg je verschillende vragen over de tekst. 
timer
7:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Tekst Nieuwsbegrip
  • Lees de tekst. 
  • Bedenk alvast wat het onderwerp van de tekst is. 
  • Streep opvallende signaalwoorden aan. 
  • Noteer wat voor zaken je nog verder opvallen in de tekst.

Hierna krijg je verschillende vragen over de tekst. 
timer
7:00

Slide 1 - Tekstslide

Nieuwsbegrip
Laten we even kijken of jullie de tekst goed gelezen hebben! 
Zijn jullie klaar voor de quiz? 
Succes! 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 3 - Open vraag

In welk jaar is het NOS-Jeugdjournaal ontstaan?
A
1980
B
1963
C
1972
D
1981

Slide 4 - Quizvraag

De formule is een mix.
Welke mix wordt er genoemd?

Slide 5 - Woordweb

Een nieuwsprogramma voor kinderen is ...
A
er alleen in Nederland
B
er in Nederland en Engeland
C
er nu in dertig landen
D
er over de hele wereld

Slide 6 - Quizvraag

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord 'inmiddels' (r. 20)?
A
reden
B
opsomming
C
tijd
D
oorzaak

Slide 7 - Quizvraag

Waarom keek Màxima dagelijks naar het Jeugdjournaal?

Slide 8 - Open vraag

Noem een verandering op die het Jeugdjournaal in de jaren heeft ondergaan. (kopje 'Formule')

Slide 9 - Open vraag

Om welke twee kenmerken staat het Jeugdjournaal bekend?
A
Gebruikt veel lange zinnen
B
Gebruikt veel moeilijke woorden
C
Gebruikt geen ingewikkelde woorden
D
Heldere manier van vertellen

Slide 10 - Quizvraag

Welke twee redenen worden genoemd waarom volwassenen en mensen die nieuw in Nederland zijn ook naar het Jeugdjournaal kijken?

Slide 11 - Open vraag

Waarom vindt het ministerie van Financiën dat het Jeugdjournaal in 2021 een eigen munt verdient?

Slide 12 - Open vraag

Welk signaalwoord voor een opsomming vind je in regel 54-56?
A
maar
B
ook
C
niet alleen
D
en

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?

Slide 14 - Woordweb