Klare taal les 7 en 8 - lidwoord en meervoud
1 / 21
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
hond
A
de
B
het
Slide 2 - Quizvraag
paard
A
de
B
het
Slide 3 - Quizvraag
kind
A
de
B
het
Slide 4 - Quizvraag
krant
A
de
B
het
Slide 5 - Quizvraag
bord
A
de
B
het
Slide 6 - Quizvraag
hoed
A
de
B
het
Slide 7 - Quizvraag
hand
A
de
B
het
Slide 8 - Quizvraag
jaar
A
de
B
het
Slide 9 - Quizvraag
kat
A
de
B
het
Slide 10 - Quizvraag
cijfer
A
de
B
het
Slide 11 - Quizvraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De tafel
De tafel
Slide 12 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De duim
De duim
Slide 13 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
Het varken
Het varken
Slide 14 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De kast
De kast
Slide 15 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
Het kopje
Het kopje
Slide 16 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De opa
De opa
Slide 17 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De bezem
De bezem
Slide 18 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De paraplu
De paraplu
Slide 19 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
De stad
De stad
Slide 20 - Open vraag
Schrijf het meervoud, denk aan het lidwoord.
Het glas
Het glas
