Spark LT3

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Goedemorgen
A3b

Slide 2 - Tekstslide

Planning
-doornemen planning deze week
-leerdoelen/lesdoelen
-Spark LT3.3
-afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Planning deze week
ma 17 mei   --> LT3.3
di 18 mei     --> spreekbeurten Niels en Noah D. (groep 1)
                        --> LT 3.3 (groep 2)
do 20 mei    --> spreekbeurt Meez (groep 1)
                         --> F2.1 (groep 2)

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze paragraaf:


kun je de dubbele punt, de puntkomma en aanhalingstekens op de juiste plek in de zin zetten;
weet je dat enkele aanhalingstekens ook worden gebruikt bij ironisch taalgebruik, het benadrukken van bepaalde woorden, het noemen van titels en het schrijven van zelfbedachte woorden of woorden die verwijzen naar zichzelf.





Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
Waarom leer je dat?

Zonder leestekens zijn teksten niet leesbaar. De dubbele punt, de puntkomma en aanhalingstekens zijn bijzondere leestekens. Zij geven je extra informatie. Zo verraadt een puntkomma dat tussen twee zinnen een verband bestaat. En enkele aanhalingstekens vertellen ons dat een woord ironisch bedoeld is, of zelfbedacht. De toon van een tekst is belangrijk voor de interpretatie ervan. Leestekens helpen je om teksten op de juiste manier te interpreteren.





Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen
-geheugen opfrissen m.b.t. de leestekens
-weten wanneer je de dubbele punt gebruikt
-weten wanneer je de puntkomma gebruikt
-weten wanneer je aanhalingstekens gebruikt






Slide 7 - Tekstslide

LT 3.3 - dubbele punt
Een dubbele punt wordt gebruikt bij:


-een opsomming
-een verklarende opmerking
-een citaat
-de directe rede

Voorbeelden en uitgebreidere uitleg kun je in Spark vinden.





Slide 8 - Tekstslide

LT 3.3 - puntkomma
Een puntkomma staat tussen twee zinnen, in plaats van een punt. De puntkomma geeft de relatie tussen de twee zinnen aan. De puntkomma kun je niet vervangen door een komma!

Voorbeeld: 

De minister trok zich terug uit de politiek; het schandaal had zijn reputatie vernietigd.





Slide 9 - Tekstslide

LT 3.3 - aanhalingstekens 1
In de directe rede wordt letterlijk herhaald wat iemand gezegd heeft. Dat deel staat tussen aanhalingstekens: "..."

Let op:
soms bestaat een citaat uit verschillende delen.
* Beide delen krijgen dan aanhalingstekens.
* Het eerste deel krijgt aan het einde een komma.
* Na het deel dat geen citaat is, volgt weer een komma.
* Het tweede deel van het citaat begint niet met een hoofdletter.








Slide 10 - Tekstslide

LT 3.3 - aanhalingstekens 2
Enkele aanhalingstekens gebruik je in de volgende gevallen:

-bij ironisch bedoelde woorden of uitdrukkingen
-als je een woord of woordgroep in de tekst wilt benadrukken, omdat het 
  bijzonder of ongebruikelijk is
-als er een titel genoemd wordt (bijvoorbeeld van een boek, 
  tijdschriftenrubriek of cursus)
-bij zelfbedachte woorden
-bij woorden die verwijzen naar zichzelf








Slide 11 - Tekstslide

Verbeter onderstaande zin:

de automonteur zei helaas de auto is total loss

Slide 12 - Open vraag

Afsluiting
Dit waren de lesdoelen:

-geheugen opfrissen m.b.t. de leestekens
-weten wanneer je de dubbele punt gebruikt
-weten wanneer je de puntkomma gebruikt
-weten wanneer je aanhalingstekens gebruikt

Heb je ze behaald? 






Slide 13 - Tekstslide

Met welk leesteken heb je de meeste moeite?
dubbele punt
puntkomma
aanhalings-tekens

Slide 14 - Poll

Deze vraag heb ik niet kunnen stellen in de les:

Slide 15 - Open vraag

Bedankt 
voor de aandacht en tot morgen!

Slide 16 - Tekstslide