§2.3 Geloven, weten en maken

§2.3 Geloven, weten en maken

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§2.3 Geloven, weten en maken

Slide 1 - Tekstslide

Sleep de bestuursvormen naar de juiste omschrijvingen
Alle volwassen mannen met burgerrecht mogen meebeslissen
Een erfelijke koning heeft alle macht
Een kleine groep met voorrechten heeft de macht
Eén man heeft alle macht
Monarchie
Aristocratie
Tirannie
Democratie

Slide 2 - Sleepvraag

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Hoe belangrijk de goden zijn in het leven van de Grieken
- Hoe de Griekse wetenschappers gaan denken en onderzoeken
- Wat kenmerken zijn van de Griekse bouwkunst, beeldhouwkunst en schilderkunst
- Welke culturele eenheid er is onder de Grieken

Slide 3 - Tekstslide

Culturele eenheid
  • Veel verschillende stadstaten met verschillende bestuursvormen.
  • Toch voelde de Grieken zich één volk. Wat hadden zij gemeen?

Slide 4 - Tekstslide

Wat hebben de Grieken gemeen met elkaar?

Slide 5 - Open vraag

Griekse godsdienst
De Grieken geloven in heel veel goden
Ze zijn onsterfelijk en ze hebben bepaalde krachten
De Grieken leren over de goden door mythen; godenverhalen
Hiermee leggen ze ook uit hoe de wereld werkt

Slide 6 - Tekstslide

Sleep de taken naar de juiste goden
Zeus
Poseidon
Hades
Athena
Apollo
God van de zee
Oppergod
God van de muziek
God van de onderwereld
God van oorlog en vrede

Slide 7 - Sleepvraag

Griekse godsdienst
De Griekse goden worden aanbeden in tempels
Hier hebben de priesters de leiding
Ze zijn symmetrisch: beide kanten zijn elkaars spiegelbeeld
Het dak wordt ondersteund door zuilen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Kaart

Zuilen
De Grieken ondersteunden de daken van tempels met zuilen
Er waren drie soorten (DIK):
Dorische zuilen
Eenvoudig met rechte lijnen
D
Ionische zuilen
Twee krullen bovenaan
I
Korintische zuilen
Versierd met gekrulde bladeren
K
D
I
K

Slide 10 - Tekstslide

Deze zuil is:
Dorisch
Ionisch
Korintisch

Slide 11 - Sleepvraag

Deze zuil is:
Dorisch
Ionisch
Korintisch

Slide 12 - Sleepvraag

Deze zuil is:
Dorisch
Ionisch
Korintisch

Slide 13 - Sleepvraag

Deze zuil is:
Dorisch
Ionisch
Korintisch

Slide 14 - Sleepvraag

Griekse beelden
De Grieken maken ook veel standbeelden
Ze willen beelden zo echt mogelijk laten lijken
Daarom maken ze beelden veel "beweging"
Standbeelden en tempels zijn voorbeelden van klassieke kunst
Voorbeeld
Een discuswerper. Je kan de beweging van de worp zien

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Kaart

Leg uit waarom er aardbevingen zijn

Slide 17 - Open vraag

Leg uit waarom mensen griep krijgen

Slide 18 - Open vraag

Wetenschap
De Grieken verklaarden veel met mythen
Later gaan geleerden andere verklaringen zoeken
Zij verklaren de wereld door er goed naar te kijken
Dit noemen we wetenschap

Slide 19 - Tekstslide

Filmpje
Archimedes

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Filosofie
Sommige geleerden willen niet kijken, maar denken
Zij stellen grote, moeilijke vragen over belangrijke zaken
Op die manier de waarheid willen vinden noemen we filosofie
Dat betekent liefhebber van de wijsheid

Slide 22 - Tekstslide

Waarbij hoort de vraag:
Hoe hebben de goden de wereld gemaakt?
A
Filosofie
B
Religie
C
Wetenschap

Slide 23 - Quizvraag

Waarbij hoort de vraag:
Is de aarde plat of bolvormig?
A
Filosofie
B
Religie
C
Wetenschap

Slide 24 - Quizvraag

Waarbij hoort de vraag:
Kunnen wij de wereld wel echt begrijpen?
A
Filosofie
B
Religie
C
Wetenschap

Slide 25 - Quizvraag

Waarbij hoort de vraag:
Wat is beter: aristocratie of monarchie?
A
Filosofie
B
Religie
C
Wetenschap

Slide 26 - Quizvraag

Waarbij hoort de vraag:
Wat moet ik offeren als ik ben genezen?
A
Filosofie
B
Religie
C
Wetenschap

Slide 27 - Quizvraag

Resumé
Pak je schrift
Schrijf voor jezelf op (of bedenk 4 vragen over) wat we deze les besproken hebben
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
timer
2:00

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Maken opdracht 1 t/m 8 van §2.3 (blz 32 - 34 in je wb)

Slide 29 - Tekstslide