Verbranding

Wat is verbranding?
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Wat is verbranding?

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
Je beschrijft verbranding met een formule.
Je legt uit hoe cellen aan energie komen.
Je legt uit wat bedoeld wordt met de celstofwisseling.

Slide 2 - Tekstslide

Wat doen we in deze les?
- Practicum verbranding
- Uitleg 
- Opdrachten portal

Slide 3 - Tekstslide

Noem een stof die kan branden.

Slide 4 - Woordweb

Practicum
Alleen een pen op tafel!
Iedereen werkt netjes en rustig!!!
Je blijft op je eigen plek ZITTEN!
Wij werken met VUUR!
Vul je werkblad in
Klaar? Hand op steken!

Slide 5 - Tekstslide

Samenvatting van het experiment

Tijdens het experiment gebeurt het volgende:
• De vlam gaat uit.
• Het glas beslaat.
• Het glas wordt warm.

Slide 6 - Tekstslide

De vlam gaat uit:
Bij de verbranding van kaarsvet is zuurstof nodig 
(de vlam ging uit doordat de toevoer werd afgesloten).

Slide 7 - Tekstslide

Het glas beslaat:
Bij de verbranding ontstaan koolstofdioxide en water. 
Het water is bij het ontstaan zo heet, dat het gasvormig is. 
In de buurt van het koude glas koelt de waterdamp af en wordt het vloeibaar. 
Het vormt druppeltjes die je kunt waarnemen.

Slide 8 - Tekstslide

Het glas wordt warm:
Bij de verbranding komt energie vrij. Dit is energie in de vorm van warmte.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe komen cellen aan energie?

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel cellen heeft een volwassene, denk je?

Slide 11 - Tekstslide

Alle levende cellen in ons lichaam doen aan verbranding.
Alle cellen krijgen energie van verbranding!!

Slide 12 - Tekstslide

Verbrandingsproces

Slide 13 - Tekstslide

Hoe komt ons lichaam aan glucose?

Slide 14 - Open vraag

Hoe komt ons lichaam aan zuurstof?

Slide 15 - Open vraag

Hoe komen cellen aan brandstof en zuurstof?
Voor verbranding heb je brandstof nodig.
 De brandstof voor cellen is glucose.
 Glucose is een suiker, een energierijke stof. 
Het verteringsstelsel haalt glucose uit het eten of je lichaam maakt het van andere voedingsstoffen, zoals bijvoorbeeld zetmeel. 
Het bloedvatenstelsel brengt de glucose vervolgens naar de cellen, waar de glucose als brandstof kan worden gebruikt.

Slide 16 - Tekstslide

Zonder zuurstof - geen verbranding
 Zuurstof krijg je binnen via je ademhalingsstelsel. 
Je longblaasjes nemen de zuurstof op in je bloedbaan
Daarna pompt het hart het bloed met de zuurstof door je bloedvatenstelsel naar al je cellen.

Slide 17 - Tekstslide

Maken in de portal
- Wat is verbranding - Afvinken!
- Hoe komen cellen aan energie?

Slide 18 - Tekstslide

Wat is celstofwisseling?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Alle chemische processen die in een cel plaatsvinden, noemen we samen de celstofwisseling

Slide 21 - Tekstslide

Hoe hangt de celstofwisseling samen met .......

  • spijsvertering? 
  •  ademhaling? 
  • bloedsomloop? 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Functies van opbouwprocessen
  • het maken van regelstoffen,
  • het maken van stoffen voor de vorming en het onderhoud van het lichaam, en
  • het omzetten van een overschot aan bouwstoffen.

Slide 24 - Tekstslide

Functies van afbraakprocessen
  • het vrijmaken van energie,
  • stoffen die als bouwstenen dienen voor andere stoffen, en
  • het verwerken van gifstoffen en afvalstoffen.

Slide 25 - Tekstslide

Verbrandingsproces

Slide 26 - Tekstslide

voorbeeld
verbranding:
komt energie vrij voor spieren
- ook warmte
- daardoor zweten

Slide 27 - Tekstslide

Teamwork
Ademhaling: wordt zuurstof door de longen in het bloed opgenomen. 
Spijsvertering: Voedingsstoffen en water worden door de darmen  uit het voedsel gehaald en komen ook in het bloed terecht. 
Bloedsomloop: Het bloed vervoert de zuurstof en de voedingsstoffen naar de cellen.

Slide 28 - Tekstslide

Afvoer:
Bloedsomloop:  stoffen die bij de celstofwisseling ontstaan weer mee. Dat kunnen afvalstoffen zijn, zoals koolstofdioxide
Bouwstoffen en brandstoffen, worden ook door het bloed vervoerd. De bloedsomloop zorgt dus voor zowel de aanvoer als de afvoer van stoffen. 
Ademhaling: De koolstofdioxide wordt door het bloed naar de longen gebracht en bij de ademhaling uitgescheiden. 

Slide 29 - Tekstslide

Processen vinden plaats in orgaanstelsels

De ademhaling gebeurt in het ademhalingsstelsel.
De bloedsomloop vindt plaats dankzij het hart en vaatstelsel.
De spijsvertering vindt plaats in het spijsverteringgstelsel.

Slide 30 - Tekstslide

Maken in de portal
- Wat is celstofwisseling?
-Hoe hangt de celstofwisseling samen met de spijsvertering, de ademhaling en de bloedsomloop? ( +schema op papier)

Slide 31 - Tekstslide