wk 2-4 LES 2-3 intro Gehandicaptenzorg

Gehandicaptenzorg les 2-3
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Gehandicaptenzorg les 2-3

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Verschillende niveaus
  • Oorzaken prenataal, perinataal en postnataal
  • Indelingen in IQ
  • Stoornis, beperking, handicap.

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van deze les kan je benoemen:
  1. wat de verschillende niveaus zijn
  2. wat de verschillende oorzaken kunnen zijn
  3. wat het verschil is tussen een beperking, handicap en een stoornis.

Slide 3 - Tekstslide

stukje geschiedenis in de gehandicaptenzorg

Slide 4 - Tekstslide

Geschiedenis
  1. Grieks-Romeinse Oudheid: men sprak van ‘monsters’, afgeleid van het Latijnse woord ‘monere’ (vermanen, waarschuwen).
  2. Middeleeuwen: men sprak van zotten, idioten, dollen, gekken en dwazen. Ook kwam de naam ‘cretin’ in zwang, verwijzend naar tegen een lelijk, geestelijk en lichamelijk verkommerd kind. 

Slide 5 - Tekstslide

Zwakzinnigen
De naam ‘zwakzinnig’ kwam in de mode, omdat een verstandelijke beperking werd opgevat als een zwakte van de verstandszin (de centrale zin van de mens naast andere zinnen zoals gezichtszin of gehoorszin).

Slide 6 - Tekstslide

19e eeuw

Langzaam werd ‘idioot’ veranderd voor het woord, ‘imbeciel’ (zwak, zonder innerlijk houvast) 
En voor de licht verstandelijk beperkte werd het woord ‘debiel’ gebruikt. 

NOTE vaak worden deze woorden in de volksmond nog steeds gebruikt als `scheldwoord´. 

Slide 7 - Tekstslide

20e eeuw
De benamingen ‘geestelijke handicap’ en ‘mentale handicap’ kwamen, ter onderscheiding van lichamelijke, visuele en auditieve handicap. 
Tegen het einde van de eeuw werden deze benamingen vervangen door ‘intellectuele beperking’ of ‘verstandelijke beperking.

Slide 8 - Tekstslide

Stoornis, beperking, handicap
Opdracht: zoek en beschrijf volgende termen:
- Stoornis
- Beperking 
- meervoudig gehandicapt
- verstandelijk gehandicapt
- aangeboren en niet aangeboren hersenletsel
- auditief en visueel gehandicapten

Slide 9 - Tekstslide

prenataal, perinataal en postnataal
Opdracht: zoek en beschrijf volgende termen:
Oorzaken prenataal, perinataal en postnataal
  • Zoek de verschillen op van de 3 begrippen
  • Dit doe je individueel, zet dit in een schema en sla dit op in je digitale portfolio.
  • We bespreken dit klassikaal.

Slide 10 - Tekstslide

Verschillende niveaus in de verstandelijke gehandicaptenzorg
  • Mensen met een licht verstandelijke beperking
  • Mensen met een matige verstandelijke beperking
  • Mensen met een ernstige verstandelijke beperking
  • Mensen met een diepe (zeer ernstige)verstandelijke beperkingen




Slide 11 - Tekstslide

Even lezen voor jezelf! 
Verdiep je in de verschillende niveaus door een kijkje te nemen op deze site



Slide 12 - Tekstslide

Verschillende IQ´s
> 130 Hoogbegaafd
121 - 130 Begaafd
115 - 120 Bovengemiddeld

85 - 115 Gemiddeld

70 - 85 Beneden gemiddeld
50 - 70 Lichte verstandelijke beperking
35 - 50 Matige verstandelijke beperking
20 - 35 Ernstige verstandelijke beperking
< 20 Diepe verstandelijke beperking

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht
Zoek de vaardigheden passend bij het niveau; 
  • licht verstandelijke beperking
  • matige verstandelijke beperking
  • ernstige verstandelijke beperking
  • diepe (zeer ernstige)verstandelijke beperking

Slide 14 - Tekstslide

Evalueren
Aan het einde van deze les kan je benoemen:
  • wat de verschillende niveaus zijn
  • wat de verschillende oorzaken kunnen zijn
  • wat het verschil is tussen een beperking, handicap en een stoornis.

Slide 15 - Tekstslide