Vragers & Aanbieders Hoofdstuk 2 (1)

Hoofdstuk 2 (1)
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 (1)

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kent het begrip risico-aversie, verzekering en premie
  • Je kent het begrip risico (verwachte schadebedrag) en kunt hier mee rekenen
  • Je kunt uitleggen wat verzekeren is en waarom iemand zich verzekert.
  • Je kunt de hoogte van een verzekeringspremie berekenen.
  • Je kunt de relatie tussen schade (schadebedrag), kans op schade en verwachte schade uitleggen.


Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Uitleg paragraaf 2.1  
  • Maken opdrachten 2.1 t/m 2.4

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Verplichte verzekeringen
  1. Zorgverzekering
  2. WA-verzekering brommer/scooter/auto

Slide 5 - Tekstslide

Particuliere verzekeringen
Vrijwillige verzekeringen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Formules
Verwachte schadebedrag = kans op schade x schadebedrag
  • voorbeeld: De kans dat jouw huis, dat € 250.000 waard is, afbrandt is 0.01%. Bereken het risico, ook wel genoemd: verwachte schade
  • 0,01 / 100 x € 250.000 = € 25
  • Premie (de prijs van de verzekering) =  
  • (kans op schade x gemiddeld schadebedrag) + kosten

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Premie berekenen
Premie = kans op schade x gemiddelde verwachte schade

Vorig voorbeeld: 
- Kans op schade: 1/11= 9,091% 
- Schadebedrag: € 110 

Premie= 0,09091 x € 110 = € 10 

Slide 10 - Tekstslide

Verzekeringsbegrippen
Risico-aversie
  • Een hekel hebben aan het lopen van risico, uit angst voor onverwachte.
Asymmetrische informatie (= ongelijke informatie)
  • De ene partij beschikt over meer informatie dan de andere partij. Dit doet zich voor bij verzekeringen wanneer de ene partij meer weet (van de kans op schade) dan de andere.
Averechtse selectie
  • Houdt in dat de mensen met een hoog risico (slechte risico’s) zich wel verzekeren en de mensen met een laag risico (‘goede risico’s’) niet. Terwijl een verzekeraar voorzichtige personen (goede risico’s) wil, selecteren ze onvoorzichtige personen (slechte risico’s). Voor voorzichtige mensen zullen de kosten van verzekeren hoger zijn dan de verwachte uitkering.

Slide 11 - Tekstslide

Verzekeringsbegrippen
Moral hazard (= moreel wangedrag)
  • Het gevaar dat men zich achteloos en onverantwoordelijk gaat gedragen, als ze zelf niet opdraaien voor de kosten. Dit weet de verzekeringsmaatschappij niet van te voren dus dit is ook een vorm van asymmetrische informatie

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag met
Opdracht 2.1 t/m 2.4

timer
8:00

Slide 13 - Tekstslide

Bespreken
Opdracht 2.1 t/m 2.4

Slide 14 - Tekstslide