In het afvalwater van een fabriek worden opgeloste Ca2+-ionen aangetroffen. Deze kunnen uit het water worden verwijderd door middel van een neerslagreactie met een oplossing van een zout. Welk zout is daarvoor geschikt?
A
ammoniumnitraat
B
bariumcarbonaat
C
kaliumfosfaat
D
koperbromide
1 / 23
volgende
Slide 1: Quizvraag
In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen.
Onderdelen in deze les
In het afvalwater van een fabriek worden opgeloste Ca2+-ionen aangetroffen. Deze kunnen uit het water worden verwijderd door middel van een neerslagreactie met een oplossing van een zout. Welk zout is daarvoor geschikt?
A
ammoniumnitraat
B
bariumcarbonaat
C
kaliumfosfaat
D
koperbromide
Slide 1 - Quizvraag
Hoe heet een stof die de reactie wel versneld, maar niet meedoet aan de reactie?
A
Katalysator
B
Emulgator
C
Transistor
D
Extractor
Slide 2 - Quizvraag
de pH van netelzuur (de prikkelende stof van een kwal en een brandnetel) is
A
kleiner dan 7
B
7
C
groter dan 7
Slide 3 - Quizvraag
Is ijzer(II)carbonaat oplosbaar in water?
A
slecht
B
goed
C
matig
D
bestaat niet of reageert met water
Slide 4 - Quizvraag
Welke stof is een base
A
natriumcarbonaat
B
natriumsulfaat
C
natriumfosfaat
D
natriumnitraat
Slide 5 - Quizvraag
Welke stof is geen base
A
kaliumnitraat
B
kaliumhydroxide
C
kaliumoxide
D
kaliumcarbonaat
Slide 6 - Quizvraag
Noem 3 indicatoren?
Slide 7 - Open vraag
Welke kleur wordt rodekoolsap wanneer je er een zuur aan toevoegt?
A
rood
B
paars
C
geel/groen
Slide 8 - Quizvraag
welke kleur wordt rodekoolsap wanneer je er een base aan toevoegt?
A
rood
B
paars
C
geel/groen
Slide 9 - Quizvraag
Welke kleur word lakmoes wanneer je er een zuur aan toevoegt?
A
rood
B
verkleurt niet
C
blauw
Slide 10 - Quizvraag
welke kleur wordt lakmoes wanneer je er een base aan toevoegt.
A
rood
B
verkleurt niet
C
blauw
Slide 11 - Quizvraag
Geef de formule van salpeterzuur en geef aan waar het in voorkomt.
Slide 12 - Open vraag
Geef de formule van waterstofchloride en geef aan waar het in voorkomt.
Slide 13 - Open vraag
Geef de formule van fosforzuur en geef aan waar het in voorkomt.
Slide 14 - Open vraag
Geef de formule van zwavelzuur en geef aan waar het in voorkomt.
Slide 15 - Open vraag
Geef de formule van azijnzuur en geef aan waar het in voorkomt.
Slide 16 - Open vraag
Geef de notatie van de zure oplossing zoutzuur
Slide 17 - Open vraag
Geef de notatie van de zure oplossing salperzuuroplossing
Slide 18 - Open vraag
Geef de notatie van de zure oplossing zwavelzuuroplossing
Slide 19 - Open vraag
Hoe noem je een deeltje dat H+ bindt?
Slide 20 - Open vraag
Hoe noem je een stof die een H+ afstaat?
Slide 21 - Open vraag
Welke vier basen moet je kennen en wat is daar de formule van?
Slide 22 - Open vraag
Wat is de kloppende reactievergelijking die hoort bij het ontstaan van salpeterzuur?