De brug Formuleren, spelling en ww-spelling instaptoets klas 2

25. Hoeveel zinnen staan er in onderstaand tekstje?

sommige mensen kunnen de volgorde van de Waddeneilanden niet onthouden het woord TV-TAS kan je hierbij helpen de hoofdletters staan namelijk voor de volgorde van de Waddeneilanden Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog het grootste eiland is Texel de eilanden Rottumerplaat en Rottumeroog zijn onbewoond
A
4
B
5
C
6
D
7
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

25. Hoeveel zinnen staan er in onderstaand tekstje?

sommige mensen kunnen de volgorde van de Waddeneilanden niet onthouden het woord TV-TAS kan je hierbij helpen de hoofdletters staan namelijk voor de volgorde van de Waddeneilanden Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog het grootste eiland is Texel de eilanden Rottumerplaat en Rottumeroog zijn onbewoond
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 1 - Quizvraag

26. Welk verwijswoord past het best in de zin?

De zwarte gordijnen, ____ in de slaapkamer hangen, zijn helemaal versleten door de zon.
A
dat
B
deze
C
die
D
dit

Slide 2 - Quizvraag

27. Kies het juiste woord.

De voorzitter reikte aan ____ een bos bloemen uit.
A
hen
B
hun

Slide 3 - Quizvraag

28. Welk signaalwoord past het best in de zin?

____ het ijs niet betrouwbaar was, werd de schaatswedstrijd afgelast.
A
hoewel
B
omdat
C
terwijl
D
zodat

Slide 4 - Quizvraag

29. Kies het juiste woord.

Als snack tussendoor is een appel gezonder ____ een chocolaatje.
A
als
B
dan

Slide 5 - Quizvraag

Er volgen nu enkele vragen over spelling en interpunctie. 

Slide 6 - Tekstslide

30. In welke zin zijn de hoofdletters en leestekens juist toegepast?
A
Meneer van Oeverwater heeft in Juni dit leegstaande pand aan de Zeugstraat in Gouda gekocht.
B
Sinds 2014 wordt Koningsdag, de verjaardag van koning Willem-Alexander, gevierd op 27 april.
C
Start de Ochtend met een uitgebreid en voedzaam ontbijt: zodat je vol energie aan een nieuwe dag kunt beginnen.
D
‘Wat zit er op jouw bruine boterham’, vroeg de kleine Esra?

Slide 7 - Quizvraag

31. Welk woord is in het meervoud juist gespeld?
A
activeringscode's
B
dierproefen
C
industrieën
D
orchideën

Slide 8 - Quizvraag

32. Wat is de juiste spelling van de persoonsvorm tegenwoordige tijd?

De aanstaande bruidegom ____ komende zaterdag een vrijgezellenfeest.
A
vermoet
B
vermoedt
C
vermoed

Slide 9 - Quizvraag

33. Wat is de juiste spelling van de persoonsvorm verleden tijd?

De reizigers ____ meer dan een uur op de vertraagde trein naar Amersfoort.
A
wachten
B
wachtten

Slide 10 - Quizvraag

34. Bij welk werkwoord verandert de klank in de verleden tijd?
A
smijten
B
sporten
C
struikelen
D
surfen

Slide 11 - Quizvraag

35. Wat is de juiste spelling van het voltooid deelwoord?

Zij heeft mij van haar mening over het verbod op bont ____ door het geven van zeer goede argumenten.
A
overtuigt
B
overtuigd

Slide 12 - Quizvraag

36. Wat is de juiste spelling van het bijvoeglijk naamwoord?

De ____ chihuahua’s zagen er zeer schattig uit.
A
aangeklede
B
aangekleede
C
aangekleedde

Slide 13 - Quizvraag

37. Wat is de juiste spelling van het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Deze ____ kozijnen zijn onderhoudsvriendelijk en voordelig geprijsd.
A
aluminium
B
aluminiumen

Slide 14 - Quizvraag

EINDE

Slide 15 - Tekstslide