F2 Wiskunde ROOD Vergrotingsfactor en schaal
1 / 40
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wat is de vergrotingsfactor?
Slide 8 - Open vraag
Wat is de vergrotingsfactor
Slide 9 - Open vraag
Wat is de vergrotingsfactor?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Zie de afbeelding en bereken de vergrotingsfactor
Slide 17 - Open vraag
Wat is de vergrotingsfactor?
Slide 18 - Open vraag
Wat is de vergrotingsfactor?
Slide 19 - Open vraag
Bereken de vergrotingsfactor en bereken daarmee de overige zijden.
Slide 20 - Open vraag
Driehoek ADE is de vergroting van driehoek ACB. Wat is de vergrotingsfactor?
Slide 21 - Open vraag
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
Wat is de vergrotingsfactor ?
A
2
B
0,5
Slide 29 - Quizvraag
Wat is de vergrotingsfactor van de oppervlakte?
A
4
B
2
Slide 30 - Quizvraag
De vergrotingsfactor voor de oppervlakte is 4. Wat is de oppervlakte van het grote vierkant?
A
36cm²
B
9cm²
C
36cm
D
9cm
Slide 31 - Quizvraag
Stel: Er is een kubus met een inhoud van 27cm³. En de normale vergrotingsfactor is 2. Wat zou dan de inhoud zijn van de grotere kubus?
A
216cm³
B
54cm³
C
108cm³
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
Wat is de oppervlakte bij een vergrotingsfactor van 3?
Slide 34 - Open vraag
De inhoud van een klein glas is 30 cl.
Er is ook een groot glas.
De vergrotingsfactor is 2,1.
Hoeveel cl gaat er in het grote glas?
Vul alleen het getal in en schrijf dit op met 2 decimalen.
Er is ook een groot glas.
De vergrotingsfactor is 2,1.
Hoeveel cl gaat er in het grote glas?
Vul alleen het getal in en schrijf dit op met 2 decimalen.
Slide 35 - Open vraag
Bekeken de oppervlakte van de vergroting.
Slide 36 - Open vraag
Logo II is een vergroting van logo I.
De oppervlakte van logo I is 42,6 cm2.
Bereken eerst de vergrotingsfactor.
Bereken daarna de oppervlakte van logo II
De oppervlakte van logo I is 42,6 cm2.
Bereken eerst de vergrotingsfactor.
Bereken daarna de oppervlakte van logo II
Slide 37 - Open vraag
Vat I heeft een inhoud van 35 liter. De vergrotingsfactor is 1,8. Wat is de nieuwe inhoud?
Vul alleen het getal in en rond af op 2 decimalen.
Vul alleen het getal in en rond af op 2 decimalen.
Slide 38 - Open vraag
Kees laat een mooie foto vergroten. De oppervlakte van de kleine foto is 150 cm2. De foto wordt met een vergrotingsfactor van 1,7 vergroot. Wat is de oppervlakte van de nieuwe foto? Rond af op 1 decimaal
Slide 39 - Open vraag
Van een parfumfles van 30ml wordt nu ook een grotere versie gemaakt. Dit is een vergroting, de vergrotingsfactor is 4. Wat is de inhoud van de grote versie?
