Beeldaspect Textuur 3T/4T

BEELDASPECT STRUCTUUR / TEXTUUR
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

BEELDASPECT STRUCTUUR / TEXTUUR

Slide 1 - Tekstslide

Textuur
Wat is dat?

Slide 2 - Tekstslide

Textuur
De zichtbare en voelbare aard van een oppervlak.
Voorbeelden van texturen zijn: harig, stekelig, bobbelig.

Slide 3 - Tekstslide

Textuur
HOE iets voelt

Slide 4 - Tekstslide

TEXTUUR:  
Voelbare oppervlak (aan de buitenkant).

Slide 5 - Tekstslide

Textuur

Slide 6 - Tekstslide

BEELDASPECT TEXTUUR
Een textuur is de zichtbare en voelbare aard van een oppervlak. Voorbeelden van texturen zijn: harig, stekelig, glad, bobbelig enz.

Slide 7 - Tekstslide

Overal om je heen zie je textuur. Textuur is de manier waarop een oppervlak is samengesteld (vezels, haren, bobbeltjes en ribbeltjes etc.) ​
Het bepaalt hoe het oppervlak van het materiaal aanvoelt. Textuur is dus 3D!​

Slide 8 - Tekstslide

3. Structuur

Slide 9 - Tekstslide

Structuur: 
de opbouw van iets.

Slide 10 - Tekstslide

Structuren
natuurlijk/door mensen gemaakt

Slide 11 - Tekstslide

Natuurlijke structuren vs. kunstmatige structuren

Slide 12 - Tekstslide

Textuur en Structuur
Er is dus verschil tussen Textuur en Structuur!!
Textuur is hoe iets VOELT (omschrijf in woorden als: bobbelig, ruw, glad, harig, stekelig etc.)

Structuur is hoe iets er UIT ZIET (omschrijf in woorden als: glimmend, gestippeld, gestreept, met lijnen of nerven, of met een patroon)

Slide 13 - Tekstslide

TEXTUUR
Structuur

Slide 14 - Tekstslide