BS 3: Koolstof en stikstof kringloop

Thema 6 Ecologie
  1.  Eten en gegeten worden
  2. Piramiden
  3. Koolstofkringloop
  4. Biologisch evenwicht
  5. Aanpassingen bij dieren
  6. Aanpassingen bij planten

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
biologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 6 Ecologie
  1.  Eten en gegeten worden
  2. Piramiden
  3. Koolstofkringloop
  4. Biologisch evenwicht
  5. Aanpassingen bij dieren
  6. Aanpassingen bij planten

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Lesopbouw
    Lesopbouw
  1. Terugblik  6.4    2 min
  2. Instructie          10 min  
  3. Aan de slag       25 min
  4. Afsluiting           5 min

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
1. Je kunt de koolstofkringloop beschrijven
2. Je kunt de stikstofkringloop beschrijven. ( 3TL )



Slide 4 - Tekstslide

Kringloop
  • Stoffen worden steeds opnieuw gebruikt zoals koolstof
  • koolstof (C) in alle energierijke stoffen (koolhydraten, eiwitten en vetten)
  • stikstof (N) in alle eiwitten

Slide 5 - Tekstslide

* In de natuur worden stoffen steeds weer opnieuw gebruikt. 
* Het gaat daarbij om stoffen waaruit organismen zijn opgebouwd.
* Reducenten nemen de organische stoffen van dode resten van planten en dieren op.
* Het grootste deel wordt tijdens de verbranding omgezet in anorganische stoffen (CO2, H2O en voedingszouten)

Slide 6 - Tekstslide

Fotosynthese en verbranding
Fotosynthese:
Koolstofdioxide + water+ lichtenergie-> glucose en zuurstof

Energierijke stoffen: glucose-> lichtenergie wordt vastgelegd in glucose.

Verbranding: 
Glucose + zuurstof-> koolstofdioxide, water + energie

Energie komt vrij vanuit glucose voor bv groei en beweging
Stofwisseling: alle omzettingen van ene stof in andere stof

Slide 7 - Tekstslide

1. Koolstofkringloop
Bij de koolstofkringloop kijk je alleen naar het koolstof deeltje => dus de C

Tijdens fotosynthese en verbranding verhuist koolstof van de ene stof naar de andere:
De verschillende stoffen waarin koolstof kan voorkomen en van het ene naar het andere organisme gaat

Slide 8 - Tekstslide

Stikstof
  • 79% in lucht
  • Belangrijk bestanddeel van eiwitten en DNA
  • Alle organismen hebben stikstof daarom nodig
  • In bodem nitraat = mineraal
  • glucose+ nitraat       eiwitten

Slide 9 - Tekstslide

Stikstof
  • Ammonium in bodem wordt omgezet in nitraat
  • Deel ammoniak, lucht in-> omgezet in stikstofgas
  • Stikstofbindende bacteriën: deel opgenomen stikstof, als nitraat in bodem
Stikstofbindende bacteriën bevinden zich in wortelknolletjes van klaver en zetten stikstofgas om in nitraat
Groenbemesting: meer nitraat in de grond

Slide 10 - Tekstslide

Planten nemen water +nitraat op uit bodem, samen met glucose gebruiken ze dit voor vorming eiwitten
Planteneters nemen plantaardige eiwitten op via voedsel-> deel omgezet in dierlijke eiwitten
Niet alle eiwitten worden opgegeten en verteerd, reducenten gebruiken dit als brandstof, verbranding eiwit ontstaat ammoniak
zetten ammoniak om in nitraat
halen stikstof uit lucht
eiwitten als brandstof
opgelost in grondwater

Slide 11 - Tekstslide

Stikstofkringloop

Slide 12 - Tekstslide

antwoorden stikstofkringloop
  1. plantaardige eiwitten
  2. ammonium
  3. stikstofhoudende bacteriën
  4. reducenten
  5. plantaardige eiwitten
  6. dierlijke eiwitten
  7. stikstofgas
8. ammoniakgas
9. dode resten planten
10. dode resten van dieren       en uitwerpselen

Slide 13 - Tekstslide

Reducenten zetten energierijke stoffen uit dode planten/dieren om in energie arme stoffen (koolstofdioxide, water, mineralen), Planten nemen deze stoffen weer op
Resten die afvaleters laten liggen. 
Bacteriën en schimmels

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
3TL/ blz 85 :opdr.1 t/m 7 , maar opdr.4  en 6 niet!

Slide 15 - Tekstslide

- Wat is een kringloop?
-

Slide 16 - Tekstslide

koolstof kringloop
fotosynthese

Slide 17 - Tekstslide

koolstof kringloop

Slide 18 - Tekstslide

koolstof kringloop

Slide 19 - Tekstslide

koolstof kringloop

Slide 20 - Tekstslide

koolstof kringloop
1
2
2
2
3
3
4
5
6
7
8

Slide 21 - Tekstslide

Bouwstenen van het leven:
Bouwstenen van stoffen waar dieren en planten van zijn opgebouwd.

  • koolstof (C) in alle energierijke stoffen (koolhydraten, eiwitten en vetten)
  • stikstof (N) in alle eiwitten

Andere belangrijke bouwstenen zijn zuurstof (O) en 
waterstof (H).
Voorbeelden stoffen:
  • glucose (C6H12O6) (het getal erachter geeft aan hoeveel deze atomen erin zitten)
  • zuurstofgas (O2) in de lucht, nodig voor verbranding
  • water (H2O) onmisbaar voor alle leven
  • koolstofdioxide (CO2) komt vrij bij verbranding
  • nitraat (NO3) (zit in mest) en ammoniak (NH3) (is giftig gas)

Slide 22 - Tekstslide

Aan de slag...
Lezen 6.3 Koolstofkringloop vanaf blz 86
Maken opdr 1 t/m 7

Slide 23 - Tekstslide

De koolstof kringloop
- Hiernaast een voedselketen. --> Planten maken glucose vanuit koolstofdioxide. 
- Daarin zit koolstof (C).
- Koolstof wordt in plantaardige en dierlijke energierijke stoffen gebruikt. +opgegeten

- Koolstof komt vrij bij de verbranding. 

- Organismen die sterven/ uitwerpselen --> reducenten zetten dit weer om in koolstofdioxide

Slide 24 - Tekstslide

2. Stikstofkringloop
1. Planten nemen nitraat (stikstofrijke stof) op uit de bodem.
2. Ze gebruiken stikstof (N) uit het nitraat  voor productie van plantaardige eiwitten.
2. Dieren eten de planten en krijgen zo de eiwitten binnen.
3. Dode resten / ontlasting.
4. Bacteriën (reducenten) zetten dit weer om in onder andere nitraat (de cirkel is weer rond).
5. De stikstof (N) uit nitraat wordt weer door planten opgenomen.

Slide 25 - Tekstslide

Koolstofkringloop
De hoofdrolspelers:
  • Koolstofdioxide (CO2)
    -> Energiearm
    -> Wordt in planten omgezet tot glucose
     
  • Glucose (C6H12O6)
    -> Energierijk
    -> Wordt in alle organismen verbrand met zuurstof voor energie: andere eindproducten zijn koolstofdioxide en water. 

Slide 26 - Tekstslide

Stikstofkringloop
De hoofdrolspelers:
  • Nitraat (NO3)
    -> Energiearm
    -> Wordt in planten omgezet tot eiwitten
  • Eiwitten
    -> Nitraat + glucose vormt eiwitten in planten. Nadat planten opgegeten worden door dieren/reducenten maken ze hun eigen eiwitten. 
  • Ammonium/Ammoniak
    -> Bijna dezelfde stof: ammonium via bodem, ammoniak via lucht.
  • Stikstofgas (N2)
    -> Ammoniak in lucht verandert in stikstofgas.
    -> Kan door stikstofbindende bacteriën worden omgezet tot nitraat. 

Slide 27 - Tekstslide