In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Les vrijdag 12 januari
DISK thema straatcultuur
2e uur
Slide 1 - Tekstslide
de cultuur
de kunst en de wetenschap
Onze vakanties zijn altijd een combinatie van natuur en cultuur.
de manier waarop een groep mensen of een volk leeft
Hij is een kenner van de Franse cultuur
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
0
Slide 4 - Video
Wat vind jij van straatcultuur?
Slide 5 - Open vraag
Ben jij ook vaak op straat?
Slide 6 - Open vraag
Bij welke groepen hoor jij?
Slide 7 - Open vraag
vooroordeel
Slide 8 - Woordweb
Feit
iets waarvan je zeker weet dat het zo is
vooroordeel
een mening die je hebt over een persoon of een zaak die je niet goed kent
Slide 9 - Tekstslide
Wat is het vooroordeel?
A
De nieuwe baas is dik.
B
De nieuwe baas is te laat.
C
De nieuwe baas is onaardig.
D
De nieuwe baas kan niet lopen.
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een vooroordeel over Nederlanders?
A
de Nederlandse taal
B
molens
C
gierig zijn
D
stokbrood eten
Slide 11 - Quizvraag
Vooroordeel
feit
Hij komt uit Duitsland dus is hij netjes.
De zon schijnt
Hij sport veel en is daardoor gespierd.
Zij is dom, want ze heeft blond haar.
Vrouwen kunnen niet goed autorijden.
Nederlanders willen niet delen want ze zijn gierig.
Sam vindt K-pop fantastisch.
Slide 12 - Sleepvraag
Iemand zegt dat je iets niet mag doen. Wat kun je zeggen?
Sorry!
U heeft gelijk.
Je hebt gelijk.
Oké.
Ik zal het niet meer doen.
Het zal niet meer gebeuren.
Slide 13 - Tekstslide
Je wil dat iemand ophoudt. Wat kun je zeggen?
Doe eens normaal!
Hou eens op!
Blijf van me af!
Stop ermee!
Zo is het genoeg.
Schei eens uit!
Slide 14 - Tekstslide
De bel gaat. Jullie moeten naar de volgende klas. Jullie hebben een toets. Jullie willen allemaal zo snel mogelijk naar binnen en staan te duwen en te trekken in de deuropening. Wat zeg je tegen elkaar?
Slide 15 - Open vraag
De docent reageert op het gedrag van jullie en zegt dat jullie moeten stoppen, dat dit zo echt niet kan en dat jullie onmiddellijk moeten gaan zitten.