Verlichting DC3 - oefenen met formuleren

HC Verlichting
Oefenen met formuleren

DC3 POLITIEKE CULTUUR IN EUROPA (1813-1900)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

HC Verlichting
Oefenen met formuleren

DC3 POLITIEKE CULTUUR IN EUROPA (1813-1900)

Slide 1 - Tekstslide

oefenen met formuleren 1
Deze oefening is geschikt voor leerlingen die moeite hebben om de juiste onderdelen in een antwoord te zetten of moeite hebben met een antwoord op een examenwenselijke wijze te formuleren en hierdoor punten mislopen.
Let op het gaat niet zo zeer om het goede antwoord maar meer HOE heb je geantwoord.

Slide 2 - Tekstslide

doelen
•    inzicht te krijgen in de soorten examenvragen
•    inzicht te krijgen welke vragen jij op dit moment aan kan
•    inzicht te krijgen in hoeverre jij de stof hebt begrepen.
•    door oefening op een hoger niveau te komen
•    oefenen met het geven van gewenste examenantwoorden
Download op de volgende pagina het stappenplan 'vragen beantwoorden in de bovenbouw'

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

  1. Ga na of het een bronvraag is of niet.
  2. In geval van een bronvraag: scan eerst de bron. Wat zie je allemaal? 
  3. Lees daarna de introductie van de vraag. In de introductie wordt belangrijke informatie gegeven die je nodig hebt bij het beantwoorden van de vraag.
  4. Lees dan pas de daadwerkelijke vraag. 
  5. Lees nogmaals de introductie en de vraag. Omcirkel nu plaatsaanduidingen en tijdsaanduidingen. 
  6. Onderstreep daarna begrippen die overeenkomen met woorden uit de kenmerkende aspecten, tijdvakken of de historische contexten. Op deze manier plaats je de vraag bij een kenmerkend aspect, tijdvak of historische context en voorkom je verkeerde argumenten en onjuiste historische voorbeelden. 
  7. Geef nu antwoord op de vraag. Als een vraag uit meerdere streepjes (onderdelen) bestaat, werk dan de vraag per streepje uit. Vergeet geen streepje! 
  8. Herhaal altijd aan het begin van jouw antwoord de vraag
  9. Kijk altijd of je alles hebt beantwoord en of jouw antwoord wel een antwoord is op de vraag. Verkondig geen onzin, maar wees uitgebreid! Laat zien dat je hebt geleerd.
Hoe zat het ook al weer?

Slide 5 - Tekstslide

Gebruik bron 1
Toen in 1848 volksopstanden uitbraken, waren veel machthebbers in eerste instantie geneigd toe te geven aan de eisen van de actievoerders.
2p Leg met behulp van de prent uit waarom de herinnering aan het jaar 1789 hen tot deze opstelling bracht.

Slide 6 - Open vraag

Gebruik bron 2
4p Deze spotprent komt uit de tijd van het Congres van Wenen.
– Leg uit of de tekenaar van bron 2 veel vertrouwen heeft in de afloop van het Congres van Wenen en beargumenteer of hij daarin gelijk heeft gekregen en
– Bedenk twee redenen waarom de Europese machthebbers tijdens de Restauratie niet alle hervormingen uit de tijd van de democratische revoluties terugdraaiden.

Slide 7 - Open vraag

Gebruik bron 3
4p Leg uit:
– (Zonder bron) dat in de Belgische Opstand nationalistische motieven een rol speelden, maar dat liberale ideeën doorslaggevend waren en
– Met behulp van de bron dat de Belgische Opstand in het noordelijke deel van het (voormalige) Koninkrijk der Nederlanden nationalistische gevoelens aan wakkerde.

Slide 8 - Open vraag

Gebruik bron 4
3p 1848 staat ook wel bekend als het revolutiejaar.
– Leg uit waarom Marx teleurgesteld zal zijn geweest over de afloop van de revoluties van 1848.
– Geef aan wat volgens Marx het gevolg zal zijn van de situatie die hij in bron 4 beschrijft.

Slide 9 - Open vraag

Gebruik bron 5
2p Leg uit waarom volgens Jacobs politieke emancipatie van vrouwen een voorwaarde is voor verdere vrouwenemancipatie.

Slide 10 - Open vraag

2p Leg uit dat het confessionalisme een emancipatiebeweging was.

Slide 11 - Open vraag