ramadan
1 / 11
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
wat mag er niet tijdens deze periode?
A
geen eten, drinken en seks
B
slapen
C
zwemmen
D
muziek luisteren
Slide 2 - Quizvraag
wanneer is de ramadan?
A
7de maand van de
islamitische jaarka
leder
B
5 december tot 5 januari
C
3 februari tot 3 april
D
9de maand van de islamitische jaarkalender
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Video
wie hoeven er niet mee te doen aan de ramadan?
A
vrouwen
B
chronisch zieken
C
zwangere vrouwen
D
mensen die van slapen houden
Slide 5 - Quizvraag
De Ramadan is een cultuurelement.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
hoevaak per dag bidden ze?
A
6 keer
B
5 keer
C
alleen als je gaat eten
D
1 keer
Slide 7 - Quizvraag
Wat is NIET waar over de ramadan?
A
Er mag niet gerookt worden overdag
B
Het is 1 van de 5 zuilen
C
Het valt in de 9e maand van islamitische jaarkalender
D
Aan het eind is het offerfeest
Slide 8 - Quizvraag
wat is de betekenis van iftar?
A
het ontbijt
B
middageten
C
de avondmaaltijd
D
tussendoortje
Slide 9 - Quizvraag
waarom heet het suikerfeest?
A
omdat er veel zoetigheid gegeten wordt
B
omdat ze zoutefeest niet leuk vonden klinken
C
ze houden niet van zure dingen
D
ze hebben anders suikertekort
Slide 10 - Quizvraag
zou jij zelf mee willen doen aan de ramadan?
