Rekenen blok 1 week 1 les 3
1 / 13
Lesduur is: 40 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke maanden horen er bij het eerste kwartaal?
A
April, mei, juni
B
Juli, augustus, september
C
Oktober, november, december
D
Januari, februari, maart
Slide 2 - Quizvraag
Welke maanden horen er bij het derde kwartaal?
A
Januari, februari, maart
B
Juli, augustus, september
C
April, mei, juni
D
Oktober, november, december
Slide 3 - Quizvraag
Welke datum is het 1 week na 29 maart?
A
6 april
B
10 april
C
4 april
D
5 april
Slide 4 - Quizvraag
Het is 8 mei. Julia gaat over 9 dagen naar het zwembad. Welke datum is het dan?
A
17 mei
B
11 mei
C
15 mei
D
20 mei
Slide 5 - Quizvraag
Vandaag is het dinsdag 17 maart. Welke dag is het 5 dagen geleden?
A
Vrijdag
B
Maandag
C
Donderdag
D
Zaterdag
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Bij welke voorwerpen gebruik ik de eenheid cm?
Slide 8 - Woordweb
Bij welke voorwerpen gebruik ik de eenheid L?
Slide 9 - Woordweb
Bij welke voorwerpen gebruik ik de eenheid mg?
Slide 10 - Woordweb
1 kg
1 g
1 mg
100 dag
1000 g
0,1 dag
1000 mg
0,0001 g
0,1 cg
Slide 11 - Sleepvraag
Voorvoegsel
betekenis
kilo...
100
deca...
....
1
1/10
centi...
1/1000
1000
hecto
10
deci
1/100
milli
Slide 12 - Sleepvraag
Goud is heel erg duur. 1/10 gram kost al €5,00. Vul het juiste voorvoegsel in. Kies uit: kilo, hecto, deca, deci, centi of milli.
1 ... gram goud kost €5,00.
1 ... gram goud kost €5,00.
A
kilo
B
deci
C
centi
D
milli
