theorie

palliatieve/terminale fase
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

palliatieve/terminale fase

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
-heeft inzicht in de omgang met een zorgvrager in de palliatieve fase/terminale fase;​

-benoemt de verschillen in organisatie bij het sterven thuis (VPTZ), in een hospice, in een bijna thuis huis en binnen een organisatie;​
-brengt de zorg en samenwerking met andere disciplines voor een zorgvrager in de palliatieve/terminale fase in kaart;​
-legt uit hoe de samenwerking binnen de palliatieve en terminale zorgverlening de kwaliteit van zorg kan beïnvloeden;​
-weet hoe de eigen regie van de zorgvrager in de palliatieve en terminale fase bevorderd kan worden;​
-herkent ondergeschoven thema's tijdens de palliatieve en terminale zorg zoals voeding, zingeving, angst/benauwdheid/pijn, verschillende culturen en complementaire zorg.




Slide 2 - Tekstslide

Actualiteit 
forse bezuinigingen ouderen zorg zijn van de baan​






Slide 3 - Tekstslide

documentaire
wat vonden we ervan?
hoe doen jullie het nu?

Slide 4 - Tekstslide

waar staat ACP voor
A
Automated Clinical Procedure
B
Acute Care Protocol
C
Adult Care Program
D
Advance care planning

Slide 5 - Quizvraag

Advance care planning (ACP) is een proces waarbij mensen van tevoren nadenken over hun
A
Wensen en voorkeuren voor toekomstige medische zorg en behandeling
B
Voorkeuren voor dieet en voedingssupplementen:
C
Beslissingen over fysiotherapie en revalidatieprogramma’s
D
Keuze van een ziekenhuis voor toekomstige behandelingen

Slide 6 - Quizvraag

belangerijke aspecten van ACP

Slide 7 - Woordweb

Advance care planning (ACP)
- is een proces waarbij mensen van tevoren nadenken over hun toekomstige gezondheidszorg en behandelingsvoorkeuren
-wensen vast te leggen en te bespreken met zorgverleners, naasten, en eventueel een wettelijke vertegenwoordiger.
- betere comunicatie
- verminder stress
-verbetert kwaliteit

Slide 8 - Tekstslide

wat is de vptz
A
biedt ondersteuning door getrainde vrijwilligers die thuis helpen bij de zorg voor terminale patiënten
B
Organiseren van recreatieve activiteiten voor ouderen
C
ondersteuning door Medische team voor terminale patiënten
D
biedt ondersteuning bij Financiële hulp bieden aan families van terminale patiënten

Slide 9 - Quizvraag

beschrijf kort thuiszorg met VPTZ inhoud

Slide 10 - Open vraag

welke medische personeel is aanwezig bij bijna thuis
A
getrainde vrijwilliges
B
Oudere geneeskundige
C
verpleegkundige
D
huisarts

Slide 11 - Quizvraag

bij een hospic waar denk je dan aan

Slide 12 - Woordweb

sterve thuis (VPTZ), hospic,Bijna thuis huis
• Thuis (VPTZ): Flexibele, vrijwillige zorg in de eigen omgeving van de patiënt.
• Hospice: Professionele, intensieve zorg in een gespecialiseerde instelling. 24/7
• Bijna Thuis Huis: Kleinschalige, huiselijke zorg door vrijwilligers met ondersteuning van de eigen huisarts

Slide 13 - Tekstslide

Wanneer een patiënt zich in de palliatieve/terminale fase bevindt, is de huisarts in de thuissituatie een beter aanspreekpunt dan de wijkverpleegkundige.
eens
oneens

Slide 14 - Poll

Tijdens een opname gedurende de palliatieve/terminale fase is er vaak sprake van overbehandeling door artsen.
eens
oneens

Slide 15 - Poll

Besluiten rondom het wel of niet meer behandelen dienen door de zorgvrager genomen te worden.
eens
oneens

Slide 16 - Poll

Advanced care planning draagt bij aan het verhogen van de kwaliteit van leven van een zorgvrager in de palliatieve/terminale fase.
eens
oneens

Slide 17 - Poll

Complementaire zorg

Slide 18 - Woordweb

Complementaire zorg
- Complementaire zorg omvat niet-medische behandelingen
- gericht zijn op het verlichten van symptomen of het bevorderen van comfort
-vooral gericht op de kwaliteit van leven en wordt afgestemd op de wensen van de patiënt

Slide 19 - Tekstslide

Zingeving

Slide 20 - Woordweb

zingeving
-  Dit betreft reflecties op het leven, persoonlijke overtuigingen, en wat iemand betekenisvol vindt. 
- Religieuze of spirituele rituelen kunnen hier ook een rol spelen
- geestelijk verzorgers 



Slide 21 - Tekstslide

Voeding

Slide 22 - Woordweb

voeding
- op comfort en welzijn in plaats van op genezing of herstel
- wensdieet

Slide 23 - Tekstslide

Angst/benauwdheid/pijn

Slide 24 - Woordweb

Angst, benauwdheid en pijn
- Het verlichten van pijn en andere symptomen is een essentieel onderdeel van palliatieve zorg
- met methoden zoals pijnbestrijding, ademhalingstechnieken en palliatieve sedatie indien nodig

Slide 25 - Tekstslide

Cultuurverschillen

Slide 26 - Woordweb

Cultuurverschillen
- hoe mensen omgaan met ziekte en sterven
- rituelen rond het sterven, en communicatie met zorgverleners
- zorg houdt rekening met deze variaties, zodat de zorg wordt afgestemd op de culturele waarden en overtuigingen van de patiënt

Slide 27 - Tekstslide

eigen mening
- Hoe zorg je als zorgverlener voor een zo goed mogelijk evenwicht tussen alle dimensies/pijlers van positieve gezondheid?
-Hoe ondersteun je bij de wensen van de zorgvrager?
- Hoe zorg jij er voor dat de zorgvrager zich gehoord voelt?
- Kunnen de bovengenoemde thema’s bijdragen aan het in evenwicht houden van het gezondheidsoppervlak?

Slide 28 - Tekstslide

leerdoelen
- heeft inzicht in de omgang met een zorgvrager in de palliatieve fase/terminale fase;​

- benoemt de verschillen in organisatie bij het sterven thuis (VPTZ), in een hospice, in een bijna thuis huis en binnen een organisatie;​
- brengt de zorg en samenwerking met andere disciplines voor een zorgvrager in de palliatieve/terminale fase in kaart;​
- legt uit hoe de samenwerking binnen de palliatieve en terminale zorgverlening de kwaliteit van zorg kan beïnvloeden;​
- weet hoe de eigen regie van de zorgvrager in de palliatieve en terminale fase bevorderd kan worden;​
- herkent ondergeschoven thema's tijdens de palliatieve en terminale zorg zoals voeding, zingeving, angst/benauwdheid/pijn, verschillende culturen en complementaire zorg.




Slide 29 - Tekstslide