TK 5: Vermogen / overbelasting / kortsluiting

Leg in eigen woorden uit wat het vermogen van een apparaat betekent.
1 / 10
volgende
Slide 1: Open vraag
Mens & NatuurMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Leg in eigen woorden uit wat het vermogen van een apparaat betekent.

Slide 1 - Open vraag

Op welke twee manieren kun je het vermogen groter maken?

Slide 2 - Open vraag

Wat is de formule voor het uitrekenen van het vermogen?
A
Vermogen = stroomsterkte x spanning
B
Vermogen = spanning x stroomsterkte
C
Vermogen = stroomsterkte : spanning
D
Vermogen = spanning : stroomsterkte

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de juiste formule voor het berekenen van het vermogen in symbolen?
A
P = I x U
B
W = V x A
C
P = U x I

Slide 4 - Quizvraag

Door een elektrisch apparaat loopt een stroom van 7,0 A. Het apparaat wordt aangesloten op een spanningsbron van 110 V. Bereken hoe groot het vermogen van dit apparaat is.

Slide 5 - Open vraag

Bereken het vermogen van een stofzuiger. De stofzuiger is aangesloten op het stopcontact en door de stofzuiger loopt een stroom van 8,0 Ampère (A).

Slide 6 - Open vraag

Theorie: Vermogen uitrekenen
Als je de stroomsterkte wilt uitrekenen dan gebruik je dus de onderstaande formule:
Stroomsterkte (A) = Vermogen (W) : Spanning (V)
I = P : U

Slide 7 - Tekstslide

Bereken de stroomsterkte door een stofzuiger van 1600 W, als je deze aansluit op een spanning van 230 V.

Slide 8 - Open vraag

Bereken de stroomsterkte door een wasmachine van 2500 W, als je deze aansluit op een spanning van 230 V.

Slide 9 - Open vraag

Bereken de stroomsterkte door een computer van 120 W, als je deze aansluit op een spanning van 230 V.

Slide 10 - Open vraag