De g-sleutel geeft aan dat de noten een vaste plaats in de balk hebben. Op het tweede lijntje van onder begin je met tekenen van de sleutel. Dat is het lijntje van de g.
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1
In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
G-sleutel
De g-sleutel geeft aan dat de noten een vaste plaats in de balk hebben. Op het tweede lijntje van onder begin je met tekenen van de sleutel. Dat is het lijntje van de g.
Slide 1 - Tekstslide
De noot g
Waar de g-sleutel begint, is dus de lijn van de g.
Deze kwartnoot staat op de hoogte van de g, en heet dus ook 'g'.
Slide 2 - Tekstslide
Alfabet
In het notenschrift gebruiken we de eerste 7 letters van het alfabet. Na de g, ga je weer verder bij de a.
a b c d e f g (a )
Slide 3 - Tekstslide
De noot a
De noot b
Slide 4 - Tekstslide
Gaat de noot omhoog in de balk, ga je -> vooruit in het alfabet
Gaat de noot omlaag in de balk, ga je <- terug in het alfabet
Gaat de noot omhoog in de balk, ga je -> vooruit in het alfabet
Gaat de noot omlaag in de balk, ga je <- terug in het alfabet
Slide 5 - Tekstslide
Face Eet groente bij de friet
Tussen de lijntjes Door de lijntjes heen
Face Eet groente bij de friet
Ezelsbruggetjes - noten in de balk
Slide 6 - Tekstslide
Face Eet groente bij de friet
Tussen de lijntjes Door de lijntjes heen
Face Eet groente bij de friet
Leer ze uit je hoofd!
Slide 7 - Tekstslide
Hoe heet deze sleutel?
A
A-sleutel
B
C-sleutel
C
F-sleutel
D
G-sleutel
Slide 8 - Quizvraag
Hoe heet deze noot?
A
g
B
b
C
a
D
c
Slide 9 - Quizvraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 10 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 11 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 12 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 13 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 14 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 15 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 16 - Open vraag
Voortekens
Kruis verhoogt de noot + is
Dit betekent dat als je dit teken voor een noot ziet staan, de noot hoger klinkt. Op de piano speel je de rechter zwarte toets en er komt 'is' achter de naam. f > fis c > cis d > dis
Slide 17 - Tekstslide
Voortekens
Mol verlaagt de noot + (e)s
Dit betekent dat als je dit teken voor een noot ziet staan, de noot lager klinkt. Op de piano speel je de linker zwarte toets en er komt '(e)s' achter de naam. b > bes e > es a > as
De a en de e zijn dus de uitzonderingen.
Slide 18 - Tekstslide
Voortekens
Herstellingsteken maakt een mol of kruis ongedaan
Als een f is veranderd in een fis, wordt het met dit teken weer een f. Ook dit teken staat voor de noot.
Slide 19 - Tekstslide
Voortekens
Kruis verhoogt de noot + is
Mol verlaagt de noot + (e)s
Herstellingsteken maakt een mol of kruis ongedaan
Slide 20 - Tekstslide
Een voorteken staat altijd vóór de noot. Het geldt alleen voor die noot waarvoor hij staat. Als dat een b is, zoals hier, verandert elke b (hoog en laag) automatisch mee. Een voorteken midden in een maat vervalt na de maatstreep.
bis bes b
Slide 21 - Tekstslide
Sleep van links naar rechts
Een kruis....
Een mol...
Een herstellingsteken..
Verlaagt de noot
Verhoogt de noot
Maakt een voorteken ongedaan
Slide 22 - Sleepvraag
Welke twee letters horen hierbij?
A
a en as
B
b en bes
C
a en ais
D
b en bis
Slide 23 - Quizvraag
Hoe klinkt een noot als er een # voor staat?
A
Even hoog
B
Hoger
C
Lager
Slide 24 - Quizvraag
Hoe klinkt een noot als er een ♭ (mol) voor staat?
A
Even hoog
B
Hoger
C
Lager
Slide 25 - Quizvraag
Hoe heet deze noot?
A
gis
B
eis
C
dis
D
fis
Slide 26 - Quizvraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 27 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 28 - Open vraag
Hoe heet deze noot?
A
bes
B
ces
C
es
D
ges
Slide 29 - Quizvraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 30 - Open vraag
Hoe heet deze noot? (letter)
Slide 31 - Open vraag
Welke letters horen hierbij?
A
e, f, g, ais
B
e, d, c, ces
C
e,d, c, cis
D
e, d, c, bis
Slide 32 - Quizvraag
Hoe heten deze noten? (Voorbeeld: a, b, c, d)
Slide 33 - Open vraag
Welke noot staat net onder de g?
A
e
B
f
C
h
D
a
Slide 34 - Quizvraag
Tussen de c en de d is op de piano een zwarte toets. Hoe heet deze toets? (verhogen vanaf de c, verlagen vanaf de d)
A
ces of dis
B
cis of dis
C
ces of des
D
cis of des
Slide 35 - Quizvraag
Tussen de a en de b is op de piano een zwarte toets. Hoe heet deze toets?
A
as of bes
B
ais of bis
C
ais of bes
D
as of bis
Slide 36 - Quizvraag
Toonduur
Leer dit uit je hoofd
Slide 37 - Tekstslide
Toonduur
Noten met vlaggetjes worden aan elkaar verbonden
1 vlaggetje = 1 streep 2 vlaggetjes = 2 strepen
1/2 1/2 1 1/2 1/2 1
2 achtste noten aan elkaar
Slide 38 - Tekstslide
Deze noot duurt 4 tellen. Het is een:
A
Kwartnoot
B
Hele noot
C
Halve noot
D
Achtste noot
Slide 39 - Quizvraag
Welke noot duurt 2 tellen?
Slide 40 - Open vraag
Hoe lang duurt een kwartnoot? .... tel (noteer alleen het getal)
Slide 41 - Open vraag
Bij welk antwoord staan zestiende noten genoteerd?
A
B
C
D
Slide 42 - Quizvraag
Bij welk antwoord staan losse achtste noten genoteerd?
A
B
C
D
Slide 43 - Quizvraag
Welke noten klinken het kortst?
A
Kwartnoten
B
Halve noten
C
Achtste noten
D
Zestiende noten
Slide 44 - Quizvraag
Laatste vraag: Ik snap het notenschrift
A
Niet
B
Een beetje
C
Goed
D
Helemaal!
Slide 45 - Quizvraag
Oefen online!
Als je een paar fouten had bij het raden van de juiste letters, is het goed om daar nog verder mee te oefenen.
Op de volgende pagina staat een link naar een site waar je kunt oefenen. Succes!