In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Klant en verkoop
Slide 1 - Tekstslide
Welke werkzaamheden heb je in een (dieren)winkel?
Slide 2 - Woordweb
Wat is houdbaarheid?
A
Hoe lang je een artikel kunt bewaren
B
Een dag, een maand en en jaar
C
Een geboortedatum
D
Onzin
Slide 3 - Quizvraag
Waar moet je naar kijken als je wil kijken tot hoe lang iets houdbaar is?
A
Prijs
B
Schap
C
Streepjescode
D
Datum
Slide 4 - Quizvraag
1
2
3
4
22 januari 2023
15 februari 2023
7 december 2022
19 juni 2022
Slide 5 - Sleepvraag
FIFO is
A
merknaam voedingsmiddelen
B
een regel voor wassen van handen
C
first in first out
D
wat het eerst in de koeling gaat,moet er ook het eerst weer uit
Slide 6 - Quizvraag
Wat doe je bij FIFO?
A
oudste voorraad eerst opmaken
B
nieuwe voorraad eerst opmaken
C
nieuwe voorraad bestellen
D
voorraad pas bestellen als alles op is
Slide 7 - Quizvraag
Als de datum van een artikel 'om' is... of al geweest is, dan mag je het artikel niet meer verkopen.
Dit noemen we: DERVING
Slide 8 - Tekstslide
Derving
Derving: verlies van goederen.
Oorzaken: Bedorven, beschadiging, verdwenen (diefstal) of pakbon die niet gecontroleerd is.
Bekende derving
Je weet hoe het verlies gekomen is.
Onbekende derving
Bij onbekende derving weet je niet wat de oorzaak is van de derving.
- Slechte controle
- Diefstal collega of leverancier.
Slide 9 - Tekstslide
Aankomst goederen
Klopt het aantal dat geleverd is met het aantal dat op de vrachtbrief staat?
Zijn de verpakkingen niet beschadigd?
Is het goed: handtekening zetten op de vrachtbrief
Goederen uitpakken, met behulp van pakbon controleer je of alle artikelen geleverd zijn.
Magazijn bijvullen.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is een pakbon?
A
Lijst die je zelf maakt van wat je hebt besteld
B
Formulier van de leverancier met de inhoud van de zending
C
Overzicht van de leverancier van wat je hebt besteld
D
Tellijst van je voorraad
Slide 11 - Quizvraag
Wat staat er op een pakbon?
Bedrijfgegevens
Datum van verzending
Bestelnummer
Welke producten er in de levering zitten
Welk aantal er van elk product in de levering zit
Slide 12 - Tekstslide
Inrichting magazijn: waar let je op
Hoeveel plaats neemt een artikel in?
Genoeg plaats voor maximum voorraad?
Hoe bewaren?
Wordt het veel of weinig verkocht?
Zijn alle stellingen goed te bereiken?
Kan ongedierte er niet bij?
Slide 13 - Tekstslide
Wat is spiegelen?
Slide 14 - Woordweb
Spiegelen
Soms staat er te weinig om het vak aan te vullen. Of het vak ziet er heel leeg uit.
Dan moet je spiegelen:
Dit betekent de artikelen vooraan en naast elkaar zetten.
Slide 15 - Tekstslide
Het schap met hondenshampoos begint steeds leger te raken. Alleen achterin staan nog een aantal flacons. Mirjam zet deze vooraan zodat het lijkt of het schap weer vol is. Dit noem je?
A
Vakkenvullen
B
Bijvullen
C
Prijzen
D
Spiegelen
Slide 16 - Quizvraag
Waarom Spiegelen?
Het lijkt goed gevuld.
Het ziet er netjes uit.
Voorkomt diefstal. Een dief pakt minder snel iets uit een schap als dat een duidelijk zichtbaar lege plek achterlaat.
Slide 17 - Tekstslide
Welke presentatie is gespiegeld?
A
presentatie 1
B
presentatie 2
Slide 18 - Quizvraag
Bekijk het schap. Wat kan er beter aan deze presentatie? Noem 2 dingen.
Slide 19 - Open vraag
Samenvatting:
Let op houdbaarheid producten
FIFO: First In First Out
Derving = verlies van goederen Bijv. bedorven, beschadigd, diefstal of slechte controle levering