hst 7 kommagetallen uitleg 7.3 en 7.4

Hoofdstuk 7 kommagetallen

7.3 
De waarde 
van kommagetallen

7.4
Rekenmachine
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7 kommagetallen

7.3 
De waarde 
van kommagetallen

7.4
Rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide

wat zie je?
A
bijna 2 liter
B
tussen 1 en 2 liter

Slide 2 - Quizvraag

welke lichaamstemperatuur heeft deze jongen?
lees het kommagetal af.

Slide 3 - Open vraag

wat hoort op plek A?
A
0,2
B
0,5
C
0,8

Slide 4 - Quizvraag

wat hoort op plek B?
A
0,2
B
0,5
C
0,8

Slide 5 - Quizvraag

wat hoort op plek C?
A
0,2
B
0,5
C
0,8

Slide 6 - Quizvraag

tussen welke twee hele getallen ligt 0,85 meter

Slide 7 - Open vraag

hoe lang is boot A?
A
6,4 meter
B
6,9 meter
C
7,3 meter
D
7,4 meter

Slide 8 - Quizvraag

hoe lang is boot B?
A
6,4 meter
B
6,9 meter
C
7,3 meter
D
7,4 meter

Slide 9 - Quizvraag

Wat komt er na 1,7?

Slide 10 - Open vraag

Wat komt er voor 2,3?

Slide 11 - Open vraag

Is 2,3 hetzelfde als 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Is 0,7 hetzelfde als 0,70 ?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

2,3 is meer dan 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

Begint een getallenlijn altijd bij 0?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Een getallenlijn hoeft niet bij 0 te beginnen.
Kijk maar naar de onderste getallenlijn.

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekenen al die streepjes op getallenlijnen?

  • Dat is altijd verschillend.
  • Kijk daarom goed naar de getallen die er bij de getallenlijn geschreven staan! 

Slide 17 - Tekstslide

Tienden en honderdsten op een getallenlijn

Slide 18 - Tekstslide

Tienden en honderdsten op een getallenlijn

Slide 19 - Tekstslide

Tienden en honderdsten op een getallenlijn

Slide 20 - Tekstslide

Wat betekenen getallen voor en achter de komma?

  • Dat staat vast!

Slide 21 - Tekstslide

de waarden van getallen

Slide 22 - Tekstslide

Uitleg tiende en één decimaal
Tienden
Bij tienden zie je één getal achter de komma.
Je noemt dit één decimaal






Zie je een voorbeeld hiervan?

Slide 23 - Tekstslide

Welk getal is een tiende: 0,365?
A
3
B
6
C
5
D
0

Slide 24 - Quizvraag

Welk cijfer is een tiende in het getal: 120,457?
A
2
B
1
C
4
D
5

Slide 25 - Quizvraag

Uitleg hondersten en twee decimalen
Honderdsten
Bij honderdsten zie je  twee getallen achter de komma.
Je noemt dit twee decimalen






Zie je een voorbeeld hiervan?

Slide 26 - Tekstslide

Welk getal is een honderste: 0,365?
A
3
B
6
C
5
D
0

Slide 27 - Quizvraag

Welk cijfer is een honderste in het getal: 120,457?
A
2
B
1
C
4
D
5

Slide 28 - Quizvraag

Dus:
Staat er 1 getal achter de komma?
Dan spreken we het ALTIJD uit als tienden
0,6 = 6 tienden

Staan er 2 getalen achter de komma?
Dan spreken we het uit ALTIJD als honderdsten
0,05 = 5 hondersten 0,16 = 16 hondersten

Slide 29 - Tekstslide

welk getal is
33 komma 2 tienden en 5 hondersten
A
3,250
B
332,500
C
33,25
D
3,025

Slide 30 - Quizvraag

welk getal is
2 duizend 5 honderd komma 7 tienden en 3 hondersten
A
2000,573
B
2500,37
C
2500,73
D
2005,370

Slide 31 - Quizvraag

Wat is de 3
in het getal : 3,1 ?

Slide 32 - Open vraag

Wat is de 4
in het getal : 43,1 ?

Slide 33 - Open vraag

Wat is de 7
in het getal : 43,17 ?

Slide 34 - Open vraag

Wat is de 2
in het getal: 2.543,17 ?

Slide 35 - Open vraag

kommagetallen
op de rekenmachine

Slide 36 - Tekstslide

0,4 + 0,1 =



0
.
4
+
0
1
=

Slide 37 - Tekstslide

Een kommagetal 
rond je niet altijd af
naar het hele getal
dat het dichtst bij ligt.

Kijk maar naar dit voorbeeld:

Slide 38 - Tekstslide

120 leerlingen gaan op schoolkamp.
In elke bus passen 50 leerlingen.
Hoeveel bussen zijn er nodig?

Slide 39 - Tekstslide

rekenstappen
120 : 50 =




120 : 50 = 2,4


1
2
0
:
5
0
=

Slide 40 - Tekstslide

1 2 0 : 5 0 = 2 , 4

Maar...

Je kunt niet 2,4 bussen huren.
2,4 ligt tussen 2 en 3.
in 2 bussen passen niet alle leerlingen,
dus... er zijn 3 bussen nodig.

Slide 41 - Tekstslide

aan de slag
  1. Maak t/m opdracht 32
  2. Maak test jezelf 
  3. Maak  door elkaar
  4. Maak oefeningen op studiemeter
  5. Klaar? Lezen in leesboek

Slide 42 - Tekstslide

Huiswerk studiemeter
Startrekenen online -> Startrekenen Vooraf -> Hoofdstuk 7 kommagetallen -> oefeningen:
- Kommagetallen op de getallenlijn
- De waarde van kommagetallen

Slide 43 - Tekstslide

Nieuwsrekenen
Wat is belangrijk?
- Markeer de cijfers
- Schrijf de som en het antwoord op

Slide 44 - Tekstslide