7.6 betaald en onbetaald werk

Ga rustig naar je plek. Pak je boek en ga rustig lezen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ga rustig naar je plek. Pak je boek en ga rustig lezen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • herhaling paragraaf 5
  • Behandelen paragraaf 6 (15 min)
  • zelfstandig werken (30 min)
  • Wat hebben we geleerd (5 min)

Slide 2 - Tekstslide

Sleep de  beroepen in de juiste sector
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Quartaire sector

Slide 3 - Sleepvraag

Is dit de primaire, secundaire, tertiaire of quartaire sector?
Champignonboer
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 4 - Quizvraag

Tot welke
sector hoort
de Efteling?
A
Primaire sector
B
Tertiaire sector
C
Secundaire sector
D
Quartaire sector

Slide 5 - Quizvraag

In welke sector werkt een politieagent?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 6 - Quizvraag

In welke sector denk je dat de meeste Nederlanders werken?

A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 7 - Quizvraag

In welke sector zijn de lonen gemiddeld het hoogst?
A
Informele sector
B
Primaire sector
C
Secundaire sector
D
Tertiaire sector

Slide 8 - Quizvraag

In welke sector valt het volgende beroep?
beroepsmilitair
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 9 - Quizvraag

In welke sector valt het volgende beroep?

bouwopzichter
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Kwartaire sector
D
Tertiaire sector

Slide 10 - Quizvraag

In welke sector valt het volgende beroep?
monteur in een autofabriek
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Quartaire sector
D
Tertiaire sector

Slide 11 - Quizvraag

Economie 
T3
Paragraaf: 7.6
Betaald en onbetaald werk

Slide 12 - Tekstslide

Arbeidsomstandigheden

Slide 13 - Tekstslide

 Arbeidsomstandigheden 

Slide 14 - Tekstslide

Instructie
We gaan samen bekijken welke motieven mensen hebben om te gaan werken. Ook ontdekken we het verschil tussen betaald en onbetaald werk.

Slide 15 - Tekstslide

Arbeidsmotieven
  • = redenen om te werken.

Slide 16 - Tekstslide

Waarom zouden mensen gaan werken?

Slide 17 - Open vraag

Landbouw, visserij, mijnbouw
Landbouw, visserij, mijnbouw
primaire sector

producten worden uit de natuur gehaald
bijv: Visserijbedrijf, mijnbouwbedrijven, boerenbedrijven
Geld verdienen

Slide 18 - Tekstslide

Landbouw, visserij, mijnbouw
Landbouw, visserij, mijnbouw
primaire sector

producten worden uit de natuur gehaald
bijv: Visserijbedrijf, mijnbouwbedrijven, boerenbedrijven
Nuttig zijn voor de samenleving

Slide 19 - Tekstslide

Landbouw, visserij, mijnbouw
Landbouw, visserij, mijnbouw
primaire sector

producten worden uit de natuur gehaald
bijv: Visserijbedrijf, mijnbouwbedrijven, boerenbedrijven
Jezelf ontwikkelen

Slide 20 - Tekstslide

Landbouw, visserij, mijnbouw
Landbouw, visserij, mijnbouw
primaire sector

producten worden uit de natuur gehaald
bijv: Visserijbedrijf, mijnbouwbedrijven, boerenbedrijven
Sociale contacten

Slide 21 - Tekstslide

Arbeidsmotieven betaald werk 

  • vooral geld, loon
  • vanwege contacten met collega's, samenwerken
  • een moeilijke/uitdagende baan

Slide 22 - Tekstslide

Waarom zou jij later gaan werken?

Slide 23 - Open vraag

arbeidsmotieven onbetaald werk
  • zorg voor kinderen
  • werktijd zelf kunnen indelen

Slide 24 - Tekstslide

Voltijd of deeltijd ?
Voltijd baan (fulltime) = 36 - 40 uur in de week werken

Deeltijd baan (parttime) = minder dan 36 uur in de week werken

Slide 25 - Tekstslide

Hoeveel uur moet je werken voor een full time baan?
A
zo veel als je wilt
B
36 tot 40 uur
C
18 tot 20 uur
D
meer dan 40 uur

Slide 26 - Quizvraag

Gevolgen partime werken
  • gezinsinkomen daalt
  • sommige uitgaven dalen ( kosten kinderopvang, schoonmaak)
  • er is meer tijd voor de huishouding van gezin

Slide 27 - Tekstslide

Betaald werk
(Loondienst )
-Supermarkt
-Ziekenhuis
-zonder vast dienstverband (flexwerker)
-in eigen onderneming
- via uitzendbureau


Onbetaald werk 
-Vrijwilligerswerk
-huishoudelijk werk
-kinderen opvoeden 

Slide 28 - Tekstslide

Arbeidsomstandigheden
Alles wat werken prettig en minder prettig maakt.

Slide 29 - Tekstslide

Arbowet
In de Arbowet staan regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden

Slide 30 - Tekstslide

Alle dingen die te maken hebben met je praktische werksituatie/ werk plek zijn.....
A
Arbeidsomstandigheden
B
Arbowet

Slide 31 - Quizvraag

ARBO-wetten gaan over de arbeidsomstandigheden tijdens het werk.
A
waar
B
niet waar

Slide 32 - Quizvraag

In de ...... staan regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden.

A
Arbowet
B
Arbeidstijdenwet
C
WerkloosheidsWet (WW)
D
Arbeidswet

Slide 33 - Quizvraag

redenen om te werken
A
Arbeidsmotieven
B
Arbeidsovereenkomst
C
Arbeidstijdwet
D
arbeidsmarkt

Slide 34 - Quizvraag

Wat is geen arbeidsmotief?
A
geld/loon
B
het communiceren met collega's
C
reizen
D
het zijn allemaal arbeidsmotieven

Slide 35 - Quizvraag

Huiswerk
  • Maken opdrachten hoofdstuk 7 paragraaf 6
  • Lees de theorie op bladzijde 97
  • Maak de opdrachten 1 t/m 10

Slide 36 - Tekstslide

opdrachten maken

Slide 37 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 38 - Tekstslide