Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
6.4 Zenuwstelsel
Neem je boek voor je en zet je laptop aan.
1 / 32
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
In deze les zitten
32 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
3 videos
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Neem je boek voor je en zet je laptop aan.
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Voorkennis activeren/herhalen
Uitleg basisstof 4 Het zenuwstelsel
Opdrachten afmaken 5.4: 1 t/m 5
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Uit welke lagen bestaat de opperhuid?
A
Lederhuid en Hoornlaag
B
Kiemlaag en Lederhuid
C
Lederhuis en Opperhuid
D
Hoornlaag en Kiemlaag
Slide 3 - Quizvraag
In welk gedeelte van de huid liggen de zintuigen?
A
Kiemlaag
B
Lederhuid
C
Opperhuid
D
Hoornlaag
Slide 4 - Quizvraag
In welk gedeelte van het oor liggen de gehoorzintuigen?
A
Slakkenhuis
B
Trommelvlies
C
Gehoorbeentjes
D
Buis van Eustachius
Slide 5 - Quizvraag
Geluid komt je oor binnen. In welk rijtje staan de onderdelen die het geluid tegenkomt in de juiste volgorde?
A
Gehoorgang - trommelvlies - slakkenhuis - gehoorbeentjes
B
Gehoorgang - trommelvlies - gehoorbeentjes - slakkenhuis.
C
Gehoorgang - gehoorbeentjes - trommelvlies - slakkenhuis
D
Gehoorgang - gehoorbeentjes - slakkenhuis - trommelvlies
Slide 6 - Quizvraag
Wat verbind de trommelholte met de keelholte?
A
Slakkenhuis
B
Gehoorgang
C
Buis van Eustachius
D
Oorschelp
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de functie van het netvlies?
A
Het geeft bescherming aan het oog
B
Het vangt lichtprikkels op en zet deze om in impulsen
C
Het geleidt de impulsen naar de hersenen
D
Hierdoor lopen de bloedvaten van het oog
Slide 8 - Quizvraag
Wat in het oog zorgt ervoor dat je scherp kan zien?
A
Pupil
B
Iris
C
Oogzenuw
D
Lens
Slide 9 - Quizvraag
Impuls
Hersenen
Zintuig
Prikkel
Slide 10 - Sleepvraag
Leerdoel bs 4
- Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Bouw zenuwstelsel
De bouw van het zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel (CZ)
: hersenen en ruggenmerg.
Zenuwen
:
Verbinden CZ met alle lichaamsdelen.
Slide 13 - Tekstslide
Ruggenmerg
- Romp en ledematen zijn met ruggenmerg verbonden
- Impulsen gaan via ruggenmerg naar de hersenen
- Hoofd en hals direct met hersenen verbonden (impulsen hoeven niet langs ruggenmerg)
Slide 14 - Tekstslide
Functie zenuwstelsel
• verwerken van de impulsen die van de zintuigen af komen
• regelen van de werking van spieren en klieren
Slide 15 - Tekstslide
Geef de onderdelen van het centrale zenuwstelsel
A
Hersenen, ruggenmerg, zenuwen
B
Hersenen, ruggenmerg
C
Hersenen
Slide 16 - Quizvraag
Werking van zenuwstelsel
In de huid worden warmtprikkels omgezet tot impulsen in de warmtezintuigcellen.
1
De impulsen worden via de zenuwen naar het centrale zenuwstelsel geleid.
2
De impulsen komen via de zenuwen in het ruggenmerg. Vanuit hier gaan ze door naar de hersenen.
3
In de hersenen komen de impulsen aan. Hier wordt je je bewust van de warmte.
4
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Functies van het zenuwstelsel
Als je je bewust wordt van dingen die je waarneemt, kun je ook bewust reageren. Er ontstaan dan impulsen in je hersenen.
Er ontstaan impulsen in je hersenen.
1
De impulsen worden van de hersenen door zenuwen naar spieren in de arm geleid. Hierdoor kan de spier samentrekken (bewegen van de arm)
2
Er kunnen ook impulsen van de hersenen door zenuwen naar klieren (bijv. speekselklieren) worden geleid. Hierdoor wordt er speeksel aangemaakt.
3
Een klier is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert, bijv. zweetklieren, talgklieren en speekselklieren.
Slide 19 - Tekstslide
De prikkel wordt in een zintuigcel omgezet tot een impuls.
F
De impuls wordt via een zenuw naar het ruggenmerg geleid.
C
De impuls wordt via het ruggenmerg naar de hersenen geleid.
A
De impulsen worden in de hersenen verwerkt. Je wordt je bewust van de stekende wesp.
G
In de hersenen ontstaan nieuwe impulsen om het lichaam aan te sturen.
B
De impuls wordt via het ruggenmerg naar de spier geleid.
E
De impuls komt via een zenuw aan bij een spier. De spier zal samentrekken, waardoor de arm beweegt.
D
Slide 20 - Sleepvraag
Sleep de juiste namen naar de juiste doelen.
Prikkel
Zintuig
Impuls
Spier
Hersenen
Impuls
Slide 21 - Sleepvraag
Zenuw(cellen)
Cellichaam
ligt in of vlakbij centrale zenuwstelsel (ruggenmerg en hersenen)
Uitlopers
: geleiden impulsen naar het cellichaam toe of af.
Alle uitlopers liggen bij elkaar =
zenuw
Tussen de uitlopers isolatielaagje: geleiding
Om de zenuw ligt een laag bescherming
Slide 22 - Tekstslide
Zenuw
Slide 23 - Tekstslide
Zintuigen zetten prikkels om in impuls
Zenuwen sturen impuls naar hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen sturen impuls naar zenuwen
Lichaam reageert op prikkel
Slide 24 - Sleepvraag
Opdrachten maken
Maak de opdrachten van 6.4
Klaar? Maak de test jezelf en samenhang
Klaar? Ga verder met je poster
Slide 25 - Tekstslide
Leerdoelen behaald?
- Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
Slide 26 - Tekstslide
Huiswerk
bs 4: Opdr 1 tot en met 5.
Slide 27 - Tekstslide
De bouw van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en zenuwen.
Centrale zenuwstelsel:
Hersenen + ruggenmerg (bestaat uit zenuwen)
Zenuwen: verbinden het centrale zenuwstelsel met alle lichaamsdelen
Slide 28 - Tekstslide
Werking van zenuwstelsel
In de huid worden warmtprikkels omgezet tot impulsen in de warmtezintuigcellen.
1
De impulsen worden via de zenuwen naar het centrale zenuwstelsel geleid.
2
De impulsen komen via de zenuwen in het ruggenmerg. Vanuit hier gaan ze door naar de hersenen.
3
In de hersenen komen de impulsen aan. Hier wordt je je bewust van de warmte.
4
Slide 29 - Tekstslide
Functies van het zenuwstelsel
Als je je bewust wordt van dingen die je waarneemt, kun je ook bewust reageren. Er ontstaan dan impulsen in je hersenen.
Er ontstaan impulsen in je hersenen.
1
De impulsen worden van de hersenen door zenuwen naar spieren in de arm geleid. Hierdoor kan de spier samentrekken (bewegen van de arm)
2
Er kunnen ook impulsen van de hersenen door zenuwen naar klieren (bijv. speekselklieren) worden geleid. Hierdoor wordt er speeksel aangemaakt.
3
Een klier is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert, bijv. zweetklieren, talgklieren en speekselklieren.
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Video
Hoe kan ik nog slimmer worden?
Kun je makkelijk de leerdoelen uitleggen en heb je een goede score voor de test jezelf 5.4 Zenuwstelsel? Hieronder een interessant filmpje:
Slide 32 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
D1BTh5 B1 Reageren op je omgeving - lln
April 2019
- Les met
18 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1
5H Herh. 14.3 en 14.4 Zenuwstelsel dl1
November 2023
- Les met
41 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Th6 B4 Het zenuwstelsel oefenvragen
Juli 2021
- Les met
29 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
D1BTh5 B1 Reageren omgeving - oefenen
April 2019
- Les met
26 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1
BVVJ 6.4 Zenuwstelsel
November 2024
- Les met
34 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
5.4 Zenuwstelsel
April 2023
- Les met
33 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Thema 5.4 Het zenuwstelsel 1kgt
Mei 2024
- Les met
30 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
5.4 Zenuwstelsel
Juli 2021
- Les met
29 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1