Oefentoets Nectar H13

Hiernaast zie je een schematische weergave van de fotosynthese. Vul het plaatje verder in.
water
zonlicht
glucose
zuurstof
koolstofdioxide
1 / 15
volgende
Slide 1: Sleepvraag
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hiernaast zie je een schematische weergave van de fotosynthese. Vul het plaatje verder in.
water
zonlicht
glucose
zuurstof
koolstofdioxide

Slide 1 - Sleepvraag

Waarom is fotosynthese zo belangrijk voor het leven op aarde? Noem minimaal 2 redenen en leg uit.

Slide 2 - Open vraag

Vul in het schema van het voedselweb de volgende organismen op de juiste plaats in (zie afbeelding). 
bladluis 
buizerd 
konijn 
lieveheersbeestje 
merel 
planten 

Slide 3 - Sleepvraag

In een ecosysteem leven organismen die elkaar nodig hebben voor voedsel. Er is een energiestroom en een kringloop waarin voedingsstoffen worden doorgegeven. Energie wordt vastgelegd door planten en vervolgens via voedselketens doorgegeven aan andere organismen. De afbeelding hiernaast geeft dat schematisch weer. 

In het schema stelt de letter X een groep organismen voor. Behoren deze organismen tot de consumenten, producenten of reducenten?. Sleep het juiste antwoord naar het groene vak en de foute antwoorden naar het rode vak. 
Legenda:
            energiestroom
            voedingstoffen

Producenten
Reducenten
Consumenten

Slide 4 - Sleepvraag

koolstofdioxide
fotosynthese
verbranding
mineralen en fossiele brandstoffen
zuurstof
afvaleters

Slide 5 - Sleepvraag


Waarvan zijn de energierijke stoffen in fossiele brandstoffen afkomstig?


A
Van verbranding van organisme
B
Van fossielen
C
Van planten en dieren

Slide 6 - Quizvraag

Fossiele brandstoffen zijn ontstaan uit
R10
T4
A
Plantenresten
B
Dierenresten
C
Planten- en dierenresten
D
De fabriek

Slide 7 - Quizvraag

Wat is nou NIET een probleem met fossiele energiebronnen
T8
A
transport is vervuilend
B
Bij de winning komt veel CO2 vrij
C
Bij de verbranding komt veel CO2 vrij
D
levert veel energie per...

Slide 8 - Quizvraag

Geef aan of de bewering goed of fout is door dit naar de letter naast de zin te slepen.
a) Aardolie en aardgas zijn fossiele brandstoffen.
b) Windenergie en steenkool zijn fossiele brandstoffen. 
c) Fossiele brandstoffen zijn ontstaan uit dieren en planten.
d) De voorraad fossiele brandstoffen raakt nooit op.
T8
a
b
c
d
goed
goed
goed
goed
fout
fout
fout
fout

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is een nadeel van het gebruik van fossiele energiebronnen?
A
Ze zijn moeilijk te vervoeren.
B
Ze leveren niet voldoende energie op.
C
Ze veroorzaken geen milieuvervuiling doordat ze CO2 uitstoten.
D
Door het gebruik raakt de natuurlijke voorraad op.

Slide 10 - Quizvraag

T7
Sleep het goede woord naar de correcte omschrijving. 
organisme dat energierijke stoffen moet eten (dieren)
organisme dat zelf energierijke stoffen kan maken (planten)
organismen dat dode kleine resten van planten en dieren afbreekt (bacteriën en schimmels)
organisme dat dode resten van dieren en planten bewerkt tot er heel kleine restjes overblijven
Consumenten
Producenten
Reducenten
Afvaleters

Slide 11 - Sleepvraag


Een............................. kan zelf glucose maken, daarom is dit een ...................

Een ............................  breekt stro af tot voedingsstoffen voor planten, daarom is dit een ...........................

Een ............................ eet andere organismen, daarom is dit een ............................
T7
champignon
kastanjeboom
spin
consument
producent
reducent

Slide 12 - Sleepvraag

Zet op de juiste plaats
T7
I1
Producenten
Reducenten
Consumenten

Slide 13 - Sleepvraag

Door afvalstoffen ontstaat luchtvervuiling. Wat is luchtvervuiling?

Slide 14 - Open vraag

Plagen kunnen gemakkelijker ontstaan bij monoculturen. Wat kunnen nog meer nadelen zijn van het gebruik van een monocultuur in de landbouw?
A
Verminderde opbrengst van dat gewas
B
Lastig bewerken van landbouwgrond
C
Snelle ziekteverspreiding
D
Veel duur apparatuur benodigd

Slide 15 - Quizvraag