Aantekening cursus 7 spelling -
§5 bijvoeglijk naamwoord
De meeste bijvoeglijke naamwoorden hebben een korte vorm (zonder -e) en een lange vorm (met -e): lekker - lekkere, klein - kleine
Let op, soms moet je daarnaast:
een -f- in een -v- veranderen (de f/v-regel): lief → lieve; naïef → naïeve;
een -s- in een -z- veranderen (de s/z-regel): grijs → grijze; serieus → serieuze;
de laatste letter (medeklinker) verdubbelen: fris → frisse; glad → gladde;
een a, e, o of u (klinker) weghalen: traag → trage; zuur → zure.
Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden eindigen meestal op -en: houten, papieren, wollen, maar niet altijd (een polyester T-shirt).