Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Inhaalles GR - Werkwoordelijk gezegde
Werkwoordelijk gezegde
Doel:
Je kent het WERKWOORDELIJK GEZEGDE;
Je kunt het WERKWOORDELIJK GEZEGDE benoemen.
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1,2
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Werkwoordelijk gezegde
Doel:
Je kent het WERKWOORDELIJK GEZEGDE;
Je kunt het WERKWOORDELIJK GEZEGDE benoemen.
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 3 - Open vraag
Werkwoordelijk gezegde
- De werkwoorden in de zin vertellen wat er gebeurt of wat iemand doet.
- We noemen alle werkwoorden samen het werkwoordelijk gezegde (wwg).
- Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit één of meer werkwoorden.
Slide 4 - Tekstslide
Werkwoorden (1)
- Werkwoorden zijn doe-woorden. Ze vertellen je wat iemand of iets doet of wat er gebeurt;
- Zonder werkwoord heb je geen goede zin.
Slide 5 - Tekstslide
Werkwoorden (2)
- Een werkwoord heeft verschillende vormen. Het past zich aan, aan wie of wat het doet. Werkwoordsvormen:
enkelvoud 1 ik meervoud 1 wij
2 jij 2 jullie
3 hij/zij/het 3 zij
Slide 6 - Tekstslide
Werkwoorden (3)
- Er zijn meerdere soorten werkwoorden:
- persoonsvorm (zie overzicht vorige pagina);
- hele werkwoord;
- voltooid deelwoord.
Slide 7 - Tekstslide
Uit welke soorten werkwoorden kan een wwg bestaan?
Slide 8 - Open vraag
Onze kat had een muis gevangen.
Wat is het werkwoordelijk gezegde (wwg) in deze zin?
A
onze kat
B
had
C
een muis
D
had gevangen
Slide 9 - Quizvraag
Benoem het wwg in de volgende zin:
Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
A
wat
B
is
C
de persoonsvorm
D
in
Slide 10 - Quizvraag
'De jongste dochter heeft op vakantie een pizza gegeten.'
Het wwg in deze zin is:
A
de jongste dochter
B
heeft
C
heeft gegeten
D
op vakantie
Slide 11 - Quizvraag
De tamme grasparkiet vliegt door de kamer.
Het wwg is:
Slide 12 - Open vraag
Benoem het wwg in de zin:
De tamme grasparkiet kan uren door de kamer vliegen.
Slide 13 - Open vraag
Benoem het wwg in de zin:
De tamme grasparkiet wil het liefst vrij kunnen vliegen.
Slide 14 - Open vraag
Benoem het wwg in de zin:
De tamme grasparkiet heeft een uur door de lucht gevlogen.
Slide 15 - Open vraag
BBL
Blok 3 (opdr. 2 digitale lesboek)
Extra oefenen:
Bijspijkeren Grammatica Blok 1
Opstromen Grammatica Blok 3
KBL
Blok 1 (opdr. 2 en 4 digitale lesboek)
Blok 2 (opdracht. 5)
Extra oefenen:
Bijspijkeren Grammatica Blok 1
Voldoende:
Opstromen Grammatica Blok 3
Slide 16 - Tekstslide
TL
Blok 1 (opdr. 2.1 digitale lesboek)
Extra oefenen:
Bijspijkeren Grammatica Blok 1
Slide 17 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Inhaalles GR - Onderwerp BBL/KBL/TL lj1 / lj2
Oktober 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1,2
Blok 3 - Grammatica - Les 1
Januari 2021
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Nederlands blok 3 grammatica vmbo-bk
April 2022
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
ONO Blok 4 Grammatica 1
Januari 2020
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Nederlands Blok 3 Grammatica
Februari 2021
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
1x BME - Les 1 Grammatica zinsontleding
Januari 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
ONO Blok 3 Grammatica
November 2019
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Theorie werkwoorden; NN- 1basis
September 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1,2