Quiz 1va

breuken vermenigvuldigen
15243=
A
1201
B
103
C
2203
D
97
1 / 23
volgende
Slide 1: Quizvraag
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

breuken vermenigvuldigen
15243=
A
1201
B
103
C
2203
D
97

Slide 1 - Quizvraag

Priemgetallen kunnen ook decimale getallen zijn.
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

150 als vermenigvuldiging van priemgetallen is:
A
15×10
B
5×16
C
2×3×5×5
D
5×5×6

Slide 3 - Quizvraag

Welke verzameling getallen zijn alleen priemgetallen?
A
1, 2, 3, 5, 7, 8, 9, 11, 13
B
2, 3, 5, 7, 9, 11, 13, 15
C
2, 3, 5, 7, 11, 13, 15, 17, 19
D
2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19,

Slide 4 - Quizvraag

ggd(36,60)
A
3
B
6
C
12
D
18

Slide 5 - Quizvraag

De GGD van 28 en 36 is
A
7
B
4
C
9
D
8

Slide 6 - Quizvraag

ggd staat voor:
A
grootste gewone deler
B
grootste gemeenschappelijke doener
C
grootste gemeenschappelijke deler
D
gigantisch gekke dwaas

Slide 7 - Quizvraag

kgv (10,15)
A
10
B
30
C
15
D
5

Slide 8 - Quizvraag

Bereken kgv(6,14)
A
28
B
14
C
42
D
8

Slide 9 - Quizvraag

kgv staat voor:
A
kortst gemeenschappelijke veelvoud
B
kleinste gigantische veelvoud
C
kleinst grote veelvoud
D
kleinste gemeenschappelijke veelvoud

Slide 10 - Quizvraag


breuken optellen
52+43=
A
95
B
205=41
C
2023
D
1203

Slide 11 - Quizvraag


breuken optellen
56
-
41
A
15
B
2018=109
C
2019
D
203

Slide 12 - Quizvraag


breuken delen 2/3 : 3/4
A
8/9
B
5/7
C
6/12
D
1/2

Slide 13 - Quizvraag

3/9 en 2/3 zijn ... breuken

Slide 14 - Open vraag

Priemgetallen:
Ontbindt 36 in priemgetallen
A
2 x 2 x 3 x 3
B
6 x 6
C
2 x 2 x 2 x 3
D
3 x 3 x 4

Slide 15 - Quizvraag

150 als vermenigvuldiging van priemgetallen is:
A
15×10
B
5×16
C
2×3×5×5
D
5×5×6

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel priemgetallen zie je hier:
1, 8, 11, 18, 19, 21, 23
A
2
B
4
C
3
D
5

Slide 17 - Quizvraag

Dit is de juiste vermenigvuldiging van priemgetallen voor het getal 32:
32 = 2 x 2 x 2 x 2 x 2
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

als van een breuk de teller en de noemer allebei priemgetallen zijn, dan kun je de breuk niet vereenvoudigen
A
breuken kun je altijd vereenvoudigen
B
wat is een priemgetal?
C
je kunt nooit een priemgetal in de teller hebben en dan ook een in de noemer
D
dat klopt

Slide 19 - Quizvraag



Een glas versgeperst sinaasappelsap bevat 2/3 van de aanbevolen
dagelijkse hoeveelheid vitamine C.​

Sinaasappelsap uit een pak bevat 50% minder vitamine C dan versgeperst sinaasappelsap.​

Hoeveel glazen sinaasappelsap uit een pak moet je drinken om
aan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine C te komen?​
1 glas versgeperst levert 2/3 van de vitamines
2 1 glas uit pak levert maar 50%. Hoeveel is 50% van 2/3?
3 Hoeveel moet je dan drinken om 'alle vitamine-C' binnen te krijgen?
A
1 glas
B
2 glazen
C
3 glazen
D
4 glazen

Slide 20 - Quizvraag

Verklein de volgende breuken
16/20
A
5/8
B
1/4
C
4/5
D
2/3

Slide 21 - Quizvraag

4/8 en 2/8 zijn ... breuken
A
ongelijke
B
ongelijknamige
C
gelijknamige
D
gelijke

Slide 22 - Quizvraag

3/8 en 1/8
zijn gelijknamige breuken
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag