De Zomer Woordenschat Avontuur

De Zomer Woordenschat Avontuur
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Zomer Woordenschat Avontuur

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je zomergerelateerde woorden en werkwoorden benoemen, een quiz maken en een dictee schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de zomer?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Woorden over de Zomer
Zon, strand, ijsje, zwemmen, vakantie, warm, barbecue, picknick

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoorden over de Zomer
Zwemmen, zonnen, spelen, genieten, reizen, ontspannen, barbecueën

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quiz: Zomerwoorden
Laat de leerlingen een korte quiz maken waarbij ze de juiste zomerwoorden bij afbeeldingen moeten matchen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dictee: Zomerwoorden
Lees zomergerelateerde zinnen voor en laat de leerlingen de bijbehorende woorden opschrijven.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening: Gebruik de Woorden
Laat de leerlingen zinnen maken met de geleerde zomerwoorden en werkwoorden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende Quiz
Laat de leerlingen een korte quiz maken om te testen wat ze hebben geleerd over de zomerwoorden en werkwoorden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conclusie
Wat heb je vandaag geleerd over de zomer? Wat vond je het leukst? Wat wil je nog meer leren?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.