bevorderen welzijn deel 3

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Verandering en behoeften
Palliatieve zorg is complex, omdat er sprake is van verandering en behoeften op lichamelijke, psychologische, sociale en spirituele dimensies.
De manier waarop je ‘zorgt’ bij deze cliënten is belangrijk. De beleving van je cliënt kan existentiële aspecten hebben, omdat het levenseinde in zicht is.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe kan je iemand herkennen in de stervensfase?

Slide 5 - Open vraag

bloedingen 
lijkvlekken 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

herkenning van terminale fase  
  • Stijve pupillen; de oogpupillen, die normaal gesproken kleiner worden als reactie op licht, reageren niet meer.
  • Oogleden niet meer kunnen sluiten. Het hoornvlies kan daardoor uitdrogen. Kunsttranen of een oogzalf kunnen enige verlichting geven.
  • Grommende stembanden, ook wel reutelen genoemd. Dit komt door slijm in de mond, keel en longen.
  • Bloeding in de slokdarm of maag, soms te herkennen aan het ophoesten van bloed.
  • Verminderde reactie op verbale prikkels, zoals aanspreken.
  • Kwijlen uit de mondhoeken.
  • Strekken van de nek.
  • Verminderde reactie op visuele prikkels, zoals een hand voor de ogen zwaaien.

Slide 8 - Tekstslide

tips tijdens het waken
  • Praat, praat en praat! ...​
  •  Professionele emotionaliteit. ...​
  •  Zet (als het kan) je telefoon op stil of geef       je pieper af wanneer je in gesprek bent met de     patiënt en naasten. ...​
  •  Vraag of advies gewenst is voordat je het geeft. ...​
  •  Rust en continuïteit.

Slide 9 - Tekstslide

Verklaring van overlijden.
Wanneer de zorgvrager overleden is, wordt het lichaam doorgaans door de behandelend arts geschouwd. De arts mag alleen een verklaring van overlijden afgeven als hij ervan overtuigd is dat de patiënt door een natuurlijke oorzaak is overleden. Bij twijfel moet hij de gemeentelijke lijkschouwer (schouwarts) inschakelen.

Slide 10 - Tekstslide

Wat doe je als iemand overleden is?

Slide 11 - Open vraag

Jouw rol als verzorgende/maatschappelijk zorg op dit moment.
- Je schouwt de overledene en geeft daarbij je condoleance aan de naasten. 
- Je belt de arts voor een overdacht en vraagt om te komen voor het schouwen. 
- Je bied de naasten koffie en thee  aan in een rustige ruimte.
- Bij een verwacht overlijden; Je bekijk de overledenen en legt de overledenen   (in overleg) op de rug, handen netjes bij elkaar op de buik.  - Netjes onder een deken/laken en evt het kussen verschonen. 
- Je ruimt de kamer op zodat het netjes oogt.  
- Je begeleid de naasten in de volgende stappen (contact begrafenisonderneming) 
- Je doet de deur op slot zodat er niemand zomaar naar binnen loopt en schrikt.  Je brengt familie hiervan op de hoogte en maakt afspraken. 

Slide 12 - Tekstslide

Je gaat dood zoals je geleefd hebt




* Aflevering van kruispunt
* Duur: 28 minuten
* Hospice

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Geef hier je feedback op de lessen
over de laatste levensfase

Slide 15 - Woordweb

Afsluiting
* werken aan opdrachten 

Slide 16 - Tekstslide