havo 3/september 2023/der-ein groep

dies
Der Groep 
Ein Groep 
mein
welch
kein
solch
eine
unser
alle
jed
ihr
1 / 24
volgende
Slide 1: Sleepvraag
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

dies
Der Groep 
Ein Groep 
mein
welch
kein
solch
eine
unser
alle
jed
ihr

Slide 1 - Sleepvraag

Ein groep
woorden uit de ein groep veranderen ook van vorm
Ein is het onbepaald lidwoord, het betekent 'een' of 'één'
Andere woorden uit de ein-groep zijn: 
kein-, mein-, dein-, sein-, ihr-, 
(geen, mijn, jouw, zijn, haar)
unser-, euer-, ihr-, Ihr-
(onze, jullie, hun, uw)


Slide 2 - Tekstslide

ein - groep (1)
ein- = een
kein- = geen
mein- = mijn
dein- = jouw
sein- = zijn

Slide 3 - Tekstslide

ein - groep (2)
ihr- = haar
unser- = ons, onze
euer- = jullie
ihr- = hun
Ihr- = uw

Slide 4 - Tekstslide

Belangrijke verschillen tussen de der-groep en de ein-groep?






Zorg er dus voor dat je weet welke woorden bij de ein-groep horen en welke woorden bij de der-groep horen.
Verschil der- en ein-Gruppe:

Slide 5 - Tekstslide

Sleep naar de der of ein- groep
Tekst
Der- groep
ein- groep
kein
den
eine
das
keine
die
der
ein

Slide 6 - Sleepvraag

ein-groep
M
V
O
MV
1e
ein
eine
ein
keine
3e
einem
einer
einem
keinen +n
4e
einen
eine
ein
keine

Slide 7 - Tekstslide

Welke woorden horen tot de ein-groep?
A
dies-, jen-, ein-, welch-
B
manch-, kein-, ihr-, welch-
C
mein-, jed-, dein-, sein-
D
mein-, ein-, unser-, euer-

Slide 8 - Quizvraag

Der groep
ein-groep
manch
der
kein
jed
dein
unser
all
ihr

Slide 9 - Sleepvraag

der-groep
ein-groep
der
kein-
dies-
die
welch-
solch-
mein-
manch-
sein-
unser-
das
jed-
all-
euer-
ihr-
dein-
jen-
Ihr-

Slide 10 - Sleepvraag

der-groep
ein-groep
mein-
unser-
der
die (mv)
den
das
keine
ein
euer

Slide 11 - Sleepvraag

EIN-groep
DER-groep
ihr....
euer
all..
jed..
manch..
solch..
dein

Slide 12 - Sleepvraag

Zinsdelen
"1e = , 3e = , 4e ="
Hoe zat dat ook alweer?

Slide 13 - Open vraag

Uitlegfilmpjes
Ein-groep                                    Der-groep

Slide 14 - Tekstslide


unser neuer  Schüler

Welke groep?
A
der-groep
B
ein-groep
C
nichts-groep

Slide 15 - Quizvraag



dieses alte Haus

Welke groep?
A
der-groep
B
ein-groep
C
nichts-groep

Slide 16 - Quizvraag

Welke voorzetsel past niet in de groep?
A
nach
B
auf
C
bei
D
mit

Slide 17 - Quizvraag

Welke voorzetsel past niet in de groep?
A
durch
B
für
C
vor
D
bis

Slide 18 - Quizvraag

Hast du [mijn] Schwester vielleicht gesehen?
A
mein
B
meiner
C
meine
D
meinem

Slide 19 - Quizvraag


Wir haben [uw] Hund (m) gefunden.
A
Ihre
B
Ihr
C
Ihren
D
Ihres

Slide 20 - Quizvraag


Ich habe [onze] Wagen (m) verkauft.
A
unser
B
unserem
C
unseren
D
unsere

Slide 21 - Quizvraag

[Hun] Auto (o) steht da drüben auf dem Parkplatz.
A
Ihren
B
Ihr
C
Ihre
D
Ihres

Slide 22 - Quizvraag


[Elk] Mensch (m) möchte respektiert werden.
A
Jede
B
Jeden
C
Jedem
D
Jeder

Slide 23 - Quizvraag

Kennst du vielleicht [deze] Mann?
A
diese
B
dieser
C
diesen
D
diesem

Slide 24 - Quizvraag