Frans les H3

herhaling ch3

la prof Tijs 

deze lessen up gaat over: 

woorden van ch3

uitleg over ce cet cette en ces 

uitleg over  verbs pouvoir en vragen over de woorden 

On va en vile, ce weekend

le pull

le jeu

la merque

accro

1. beroemd
2. hemd
3. huis
4. verslaafd

pas mal

1. leuk
2. niet slecht / leuk
3. niet slecht
4. Niet slecht. / Leuk.

D'accord! On y va!

uitleg ce cet cette en ces 

mannelijk enkelvoud ce 

mannekijk meervoud ces 

mannelijk met h of klinker enkelvoud cet en meervoud is ces 

vrouwelijk enkelvoud is cette 

vrouwlijk meervoud is ces 

j'adore ...... baskets

1. cette
2. ce
3. ces
4. cet

Comment tu trouves ....... jean?

1. cette
2. cet
3. ces
4. ce

is ce

1. manlijk enkelvoud
2. vrouwlijk enkelvoud
3. vrouwlijk meervoud
4. manlijk meervoud

Je préfére ....... paire de chaussures

1. ces
2. cette
3. cet
4. ce

Nu naar het volgende onderdeel 

verbs pouvoir et vouloir.

uitleg onderdeel 2 (verbes pouvoir et vouloir)

vouloir = willen, deze vorm veranderd na maten je. Je, Tu, Il/Elle, on, nous en vous er achter zet kijk hiervoor op blz, 165

pouvoir = kunnen/mogen hierbij geld weer het zelfde je moet kijken naar de persoon die er voor staat en aan de hand hiervan moet je het vouloir/pouvoir veranderen.

je veux
je peux

klopt het dat er bij Il/elle een t achter komt?

ja

nee

jullie kunnen/mogen/ u kunt/ mag

1. vous pouvons
2. je peux
3. vous pouvez
4. vous voulez

AFSLUITENDE VRAAG!!!

welke van de drie woord hoort hier niet tussen.
gentil-le jean- le pull-le pantalon.

1. gentil
2. le pull
3. le jean
4. le pantalon