Goederenstroom week 4

Goederenstroom
Week 4
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goederenstroom
Week 4

Slide 1 - Tekstslide

Goederenstroom
Ook wel het ''verplaatsen van spullen''

Slide 2 - Tekstslide

Agenda
Week 1: Goederenontvangst
Week 2: Goederenontvangst
Week 3: Goederenontvangst
Week 4: Goederenopslag
Week 5: Goederenopslag
Week 6: Goederenopslag
Week 7: Risico's en verzorgde winkel
Week 8: Risico's en verzorgde winkel

Slide 3 - Tekstslide

Nut van deze les
Aan het einde van deze les..

... weet je wat een magazijn is.
... weet je wat een distributiecentrum is.
... weet je wat locatie systemen zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Bij een kwantitatieve controle controleer je het aantal producten bij binnenkomst
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Documenten dat de goederen begeleiden, worden ook wel geleide documenten genoemd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Op de vrachtbrief staan het aantal geleverde producten en soms ook het aantal bestelde artikelen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een magazijn?

Slide 8 - Open vraag

Magazijn
Een magazijn is een ruimte waarin goederen tijdelijk opgeslagen worden.

Slide 9 - Tekstslide

Goederenopslag
De goederen zijn in ontvangst genomen en gecontroleerd.
Daarna gaan de goederen naar de winkel of het magazijn toe.

De goederen die de winkel ingaan noem je verkoopklaar.

Magazijnen gebruik je vooral om goederen die je niet direct verkoopt tijdelijk op te slaan. 

Slide 10 - Tekstslide

Welke functies heeft een magazijn?

Slide 11 - Open vraag

Functies magazijn
Artikelen neerzetten waarvoor nog geen plaats is in de winkel.
Artikelen opslaan die je nog niet in de winkel kunt aanbieden (actieartikelen of seizoensartikelen).
Artikelen die besteld zijn door klanten
Artikelen die je nodig hebt voor piekmomenten
Artikelen die retour moeten naar het distributiecentrum
Diefstalgevoelige artikelen
etc etc.

Slide 12 - Tekstslide

Intern magazijn
Magazijnen gebruik je dus vooral om goederen die je niet direct verkoopt tijdelijk op te slaan. 

Een intern magazijn is een magazijn in je winkelpand. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat is een extern magazijn en waarom gebruiken winkeliers dit?

Slide 14 - Open vraag

Extern magazijn
Als het intern magazijn te klein is kan je gebruik maken van een extern magazijn. 

Een extern magazijn is een magazijn dat niet aan de winkelvestiging gebouwd is.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Verhouding winkelruimte-magazijn
De verhouding winkelruimte-magazijn kan verschillen per winkel:

Winkel met magazijnruimte
Winkels zonder magazijnruimte
Winkels die het magazijn ook als verkoopruimte gebruiken
Primair fysieke winkels met een webwinkel
Primaire webwinkels met een fysieke winkel
Webwinkels zonder fysieke winkel

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht
1. Wat is het verschil tussen een intern en extern magazijn?
2. Jij bent ondernemer en kunt kiezen tussen een intern magazijn en een extern magazijn. Welk magazijn heeft jouw voorkeur en waarom?
3. Omschrijf minimaal 4 functies van het magazijn.
4. Geef een voorbeeld van een webwinkel zonder fysieke winkel.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de functie van een distributiecentrum?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Video

Distributiecentrum
Een distributiecentrum (DC) is een centraal magazijn dat wordt gebruikt om de goederen op te slaan en te verdelen over verschillende winkels.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Opdracht
1. Wat is een distributiecentrum?
2. Wat gebeurt er als je een bestelling plaats bij een distributiecentrum?

Slide 23 - Tekstslide

Plaatsing in magazijn
De artikelen moeten goed geordend in het magazijn liggen, anders kan je ze niet goed terugvinden in het magazijn.

Locatie codes

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Locatiesystemen
Vast locatiesysteem

Vrij locatiesysteem

Gemengd locatiesysteem

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht
1. Wat is een locatiesysteem?
2. Waarom is het belangrijk om je magazijn zo efficiënt mogelijk in te richten?

Slide 27 - Tekstslide

Challenge week 4
Beantwoord de volgende vragen:

1. Wat is het verschil tussen een intern of extern magazijn?
2. Waarom wordt in Amsterdam vaak gebruik gemaakt van een extern magazijn?
3. Wat is een distributiecentrum?
4. Wat zijn opslagsystemen?

Slide 28 - Tekstslide

Challenge
Ga op onderzoek uit op je stage (of bijbaan).

1. Wordt er gebruik gemaakt van een intern of een extern magazijn?
2. Wordt er gebruik gemaakt van een distributiecentrum?
3. Welk opslagsysteem wordt er gebruikt?

Leg de bovenstaande vragen uit en maak hier een foto's van.

Slide 29 - Tekstslide