4.1 krachten

H4 Kracht en beweging
4.1 Krachten
4.2 Kracht en versnelling
4.3 Snelheid 
4.4 Hefbomen
1-2 lessen per paragraaf
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4 Kracht en beweging
4.1 Krachten
4.2 Kracht en versnelling
4.3 Snelheid 
4.4 Hefbomen
1-2 lessen per paragraaf

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.1 Krachten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag
  • Uitleg bij 4.1
  • Opdrachten maken bij 4.1
  • Opdrachten bespreken 4.1
  • Toets inzien van H3 elektriciteit 
  • Lesafsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leervragen 4.1 
  • Wat is een kracht?
  • Welke soorten krachten zijn er?
  • Hoe teken je een kracht?
  • Hoe meet je een kracht?
  • Kunnen krachten samenwerken?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een kracht?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kracht 
  • Krachten kun je niet zien
  • Je ziet wat de kracht doet: bal wegschieten
  • Je ziet dus het effect van de kracht

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kracht effect
  1. Door een kracht kan de vorm veranderen
  2. Door een kracht kun je de snelheid veranderen
  3. Door een kracht kan de richting veranderen 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten krachten zijn er?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten krachten 
  • Zwaartekracht 
  • Spankracht 
  • Normaalkracht
  • Wrijvingskracht
  • Spierkracht

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten krachten 
  • Veerkracht
  • Kleefkracht
  • Magnetische kracht
  • Windkracht 
  • Elektrische kracht 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kracht 
Kracht (F)
Eenheid is Newton (N)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van kracht is Newton


  • Welke kracht op de weegschaal? 
10 N = 1 kg 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kracht is 628 N
Zwaartekracht
een kracht op de massa  

  • Welke kracht op de weegschaal? 
10 N = 1 kg 
Fz

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe bereken je de zwaartekracht?
Zwaartekracht = Massa (in kg) x 10
Fz = m x 10 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
blz 231
opgave 1 t/m 15

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leervragen 4.1 
  • Wat is een kracht?
  • Welke soorten krachten zijn er?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 2 van 4.1
Kracht 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag
  • Vorige les 
  • Uitleg verder bij 4.1
  • Opdrachten maken bij 4.1
  • Opdrachten bespreken
  • Vragen LessonUp
  • Lesafsluiting

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kracht 
Kracht (F)
Eenheid is Newton (N)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van kracht is Newton



  • Voor het verplaatsen van 1000 gram= 1kg = 10 Newton aan kracht nodig

10 N = 1 kg 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leervragen 4.1 
  • Wat is een kracht?
  • Welke soorten krachten zijn er?
  • Hoe teken je een kracht?
  • Hoe meet je een kracht?
  • Kunnen krachten samenwerken?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe teken je een kracht?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachten tekenen
  • aangrijpingspunt
  • richting
  • lengte

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachten tekenen
  • aangrijpingspunt
  • richting
  • lengte

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zwaartepunt
  • Elk voorwerp heeft een zwaartepunt. 
  • Het zwaartepunt is het aangrijpingspunt van de zwaartekracht. 
  • Zwaartepunt zit in het midden van het voorwerp.
  • Zwaartekracht richting naar beneden 



Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De grootte van een kracht
krachten tekenen we als pijlen

hoe groter de pijl, hoe groter
de kracht.

meerdere krachten in 1 plaatje
gebruiken dezelfde schaal

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachten op schaal tekenen
Hoe groot is de kracht?
De pijl hiernaast is 5 cm lang.
De gebruikte krachtenschaal is 1 cm ≙ 50 N.


1 cm
5 cm
50 N
...

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachten op schaal tekenen
Gegeven: 1 cm ≙ 50 N.

Vraag voorbeelden
1. Kracht is 150 N, teken deze. 
2. Wat is de kracht (opmeten)?


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je een kracht?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachtmeter
  • Krachten meet je met een krachtmeter.
  • In een krachtmeter zit een veer. 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachtmeter
  • Elke krachtmeter heeft een ander meetbereik.
  • Hangt af van de stugheid van de veer. 
  • Schaalverdeling.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachtmeter
Goed gebruiken:
  • Verticaal houden
  • Niet bewegen
  • Op ooghoogte aflezen
  • Ophangen aan statief als kan

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunnen krachten samenwerken?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krachten samenwerken

  • Spierkracht nodig 
  • Beide 100 N spierkracht?
  • Als krachten in dezelfde richting werken mag je ze optellen. 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Netto kracht 
Nettokracht is de som van de krachten (Fnetto)
Fnetto is?
Wie gaat winnen?

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Netto kracht 
Nettokracht is de som van de krachten (Fnetto)
Fnetto is?
Wie gaat winnen?

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nettokracht
Gaat de auto achteruit of vooruit en met welke kracht?


Slide 37 - Tekstslide

175 N
Nettokracht
Fz = Fnormaal
Blok blijft stil

Slide 38 - Tekstslide

175 N
Aan de slag
Wat KBL: Maken 4.1 BLZ 10 opdracht 12 t/m 23 
Wat BBL: Maken 4.1 BLZ 159 opdracht 11 t/m 20
Hoe: Zelfstandig / samen 
Hulp: 1. Boek  2. Directe buurman of buurvrouw 3. Docent
Tijd: 20 min 
Klaar: 1. Opdrachten nakijken op laptop 2. Aan mij laten zien en dan aan de slag met krachtmeter 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies