Unit 2 grammar 1

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k, t
• Leerjaar 3

Unit 2 grammar 1

Deze week

Les 1: Grammar 1 (past simple, adverbs)

Les 2: Grammar 2( my/mine,  can/can't, a/an (BL), should/shouldn't (KT)

Les 3: Afmaken Unit 2

Deze les

Planning & goals

Uitleg & oefeningen past simple

Uitleg & oefeningen adverbs

Afronden les

Feedback 

Past simple

BL: blz. 58 | KT: blz. 53

Aan het einde van deze opdracht kun je een bevestigende, vragende en ontkennende zin maken met de past simple.

De past simple gebruik je:

1. als iets in het verleden is gebeurd en nog bezig is.
2. als iets in het verleden is gebeurd en is afgelopen.
3. als er geen tijd in de zin staat.
4. als iets in de tegenwoordige tijd is

In een zin met de past simple staat ook altijd een tijd.

1. Juist
2. Onjuist

Er zijn twee soorten werkwoorden:

1. enkelvoud en meervoud
2. telbaar en niet telbaar
3. veel en weinig
4. regelmatig en onregelmatig

Regelmatig werkwoord

Onregelmatig werkwoord

Heeft een eigen vorm

In de past simple +ed

Uit je hoofd leren

Niet uit je hoofd leren

I tryed to be on time today.:
Klopt de past simple hier?

1. Ja
2. Nee

I lived in Australia for a while.:
Klopt de past simple hier?

1. Ja
2. Nee

We chated for a while after work.:
Klopt de past simple hier?

1. Ja
2. Nee

De uitzonderingen (regelmatige ww):

-y	+klinker	+d
Try - tried Y weg, vervangen door I, dan +ed: dry - dried	chat - chatted Korte woorden die eindigen op 1 medeklinker krijgen een extra medeklinker: ban - banned	live - lived Woorden die al eindigen op een -e krijgen alleen een +d erachter.

De past simple:

• Gebruik je als iets in het verleden is gebeurd (en het is belangrijk wanneer).
• Bij regelmatige werkwoorden in de past simple zet je +ed achter het hele werkwoord (denk aan de uitzonderingen!).
• Bij onregelmatige werkwoorden gebruik je de vorm van het werkwoord die hoort bij de past simple.

Dat ziet er zo uit:

Bevestigend: +ed/eigen vorm	Vragend: Did + hele werkwoord	Ontkennend: Didn't + hele werkwoord
I was late You were late He left early She asked him. I walked home. You tried it.	Did you go? Did she leave? Did I call? Did he do that? Did they walk? Did you try?	I didn't go She didn't leave I didn't call He didn't do that They didn't walk I didn't try

Kijk even mee naar de opdracht:

BL: Maak 8 | KT: Maak 8 & 9

Je gebruikt de werkwoorden uit de vraag om jouw antwoord te formuleren. Je moet een hele zin schrijven.

BL: Maak 8 | KT: Maak 8 & 9

Bevestigend: +ed/eigen vorm	Vragend: Did + hele werkwoord	Ontkennend: Didn't + hele werkwoord
I was late You were late He left early She asked him. I walked home. You tried it.	Did you go? Did she leave? Did I call? Did he do that? Did they walk? Did you try?	I didn't go She didn't leave I didn't call He didn't do that They didn't walk I didn't try

Adverbs (bijwoorden)

BL: blz. 59 | KT: blz. 55

Aan het einde van deze opdracht kun je een bijwoorden op de juiste plek in de zin zetten.

Adverbs (bijwoorden)

Adverbs zeggen iets over hoe vaak iets gebeurt:

always, never, sometimes, often, rarely, etc.

Kunnen altijd maar op één plek in de zin staan: 

• voor het hoofdwerkwoord OF
• na am/are/is

Waar hoort het bijwoord?
I am sleepy (never)

1. I never am sleepy
2. I am never sleepy

Waar hoort het bijwoord?
I ask before I leave the house (always)

1. I always ask before...
2. I ask always before...

Waar hoort het bijwoord?
I go to the gym. (often)

1. I go often to the gym...
2. I often go to the gym...

Waar hoort het bijwoord?
She isn't late at school. (usually)

1. She usually isn't late...
2. She isn't usually late...

BL: Maak 9 | KT: Maak 10

Adverbs zeggen iets over hoe vaak iets gebeurt:

always, never, sometimes, often, rarely, etc.

Kunnen altijd maar op één plek in de zin staan: 

• voor het hoofdwerkwoord OF
• na am/are/is

Goal check

• Aan het einde van deze opdracht kun je een bevestigende, vragende en ontkennende zin maken met de past simple.
  
• Aan het einde van deze opdracht kun je een bijwoorden op de juiste plek in de zin zetten.
  

Afronden

Volgende les

Feedback les

Opruimen, spullen inpakken, stoel aanschuiven! :)