week 5

Bienvenidos
¿Qué vamos a hacer?
  • el pronóstico
  • repaso
  • evaluación diagnóstica
Semana 5
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos
¿Qué vamos a hacer?
  • el pronóstico
  • repaso
  • evaluación diagnóstica
Semana 5

Slide 1 - Tekstslide

Voor het eerst lezen bijna zeven op de tien Spanjaarden in hun vrije tijd
Uit een recent onderzoek blijkt dat 65,5% 
van de Spanjaarden regelmatig boeken
 leest in hun vrije tijd, het hoogste 
percentage sinds het bijhouden van deze
gegevens. Dit staat tegenover 34,5% die
aangeeft nooit of bijna nooit te lezen. Het 
onderzoek, uitgevoerd door Conecta voor 
de Federatie van Gildes van Uitgevers van Spanje 
(FGEE), toont een aanhoudende groei in leesgedrag.
In 2024 las 70% van de bevolking minstens één boek, of het nu voor plezier, werk of studie was. Dit is een belangrijke stijging, mede gedreven door de toegenomen leesactiviteit tijdens de lockdowns van de pandemie. Deze cijfers markeren een herstel van de leescultuur na de economische crisis van 2008.
De typische lezer in Spanje is een jonge vrouw met een universitaire opleiding, woonachtig in stedelijke gebieden. Interessant is dat 75% van de jongeren tussen 14 en 24 jaar regelmatig leest, wat aantoont dat lezen ook onder jongeren populair blijft.
Toch leest 34,5% van de Spanjaarden nooit of bijna nooit, en een derde koopt geen boeken tenzij het verplicht is. Veel van deze niet-lezers maken ook geen gebruik van bibliotheken of musea. Dit toont volgens Fernández aan dat een aanzienlijk deel van de bevolking “immuun voor lezen” blijft.
De Spaanse minister van Cultuur benadrukte dat de helft van de niet-lezers aangeeft tijdgebrek of gebrek aan interesse als voornaamste reden. Om dit aan te pakken, wil de overheid meer investeren in leesbevordering, zoals het uitbreiden van bibliotheken en promotiecampagnes.
  • Hoe vaak lees jij en wat?
  • Hoe zou men het lezen onder jongeren kunnen stimuleren?

Slide 2 - Tekstslide

El pronóstico del tiempo
  • Jullie zijn weermannen/vrouwen van een tv omroep van Spaanstalig land
  • Maak een weersvoorspelling voor de komende week. Maak hier een presentatie van in powerpoint met verschillende dias.
  • Gebruik alleen de woordenlijst en de grammatica die je hebt gehad. 
  • Iedereen is een keer aan het woord
  • Vertel wat voor een weer het op het moment van spreken i s, gebruik de gerundio. Bijv. Está lloviendo.
  • Vertel wat voor een weer het de komende dagen is. Noem ook de dagen, en de windrichtingen van het land, dus in het Noorden is het... etc. Gebruik ook ir + a + hele werkwoord. 
  • Iedereen vertelt met minstens 1 zinnetje wat ze die dagen wel of niet moeten doen. Gebruik hiervoor de constructie tener quehay que of deber.


In drie of viertallen

Slide 3 - Tekstslide

Gerundio
Om te vertellen wat je op dit moment aan het doen bent of 
wat er aan de gang is gebruik je de gerundio. 

 + gerundio vorm. 
ESTAR
estoy estás está estamos estáis están
Leerdoel 1: Ik kan zeggen wat iemand aan het doen is.
Boekje periode 2
p. 19 en 20

Slide 4 - Tekstslide

estoy
estás
está
estamos
estáis
están
hablar   --> hablando
comer   --> comiendo
escribir  --> escribiendo
Ik ben aan het luisteren.
Hij is aan het voetballen.
Zij zijn aan het praten. 
Estoy escuchando.
Está jugando al fútbol.
Están hablando.
Leerdoel 1: Ik kan zeggen wat iemand aan het doen is.

Slide 5 - Tekstslide

Uitzonderingen
Een aantal werkwoorden heeft een onregelmatige gerundio-vorm
Leerdoel 1: Ik kan zeggen wat iemand aan het doen is.

Slide 6 - Tekstslide

Plaats van persoonlijk vnw.
Bij wederkerende werkwoorden zoals "ducharse" komt het persoonlijk voornaamwoord (vorm van 'se'):
  • Voor de persoonsvorm (vorm van estar)
                    Me estoy duchando.
  • Achter de gerundiovorm vast geschreven.
                    Estoy duchándome.
Leerdoel 1: Ik kan zeggen wat iemand aan het doen is.

Slide 7 - Tekstslide

Plannen in de nabije toekomst

IR + A + INFINITIEF (hele werkwoord)

Hoe wordt het werkwoord ir vervoegd?
voy, vas, va, vamos, vais, van
Leerdoel: plannen in nabije toekomst
librito pág. 21

Slide 8 - Tekstslide

Om plannen in de nabije toekomst uit te drukken. 
Hiervoor gebruik je het werkwoord IR + A + INFINITIEF
yo                             
tú                              
él, ella, ud.                                 +   A + INFINITIEF(hele ww)
nosotros                   
vosotros                   
ellos, ellas, uds.        
voy
vas
va
vamos
vais
van
Leerdoel: plannen in nabije toekomst

Slide 9 - Tekstslide

ejemplos
  • Esta noche voy a ir al cine con mis amigos.
  • El próximo año Carmen va a estudiar medicina.
  • El próximo verano vamos a viajar por México.
  • Esta tarde Paco y yo vamos a jugar al tenis.

Je kunt deze constructie ook gebruiken om aan te geven dat iets zeker gaat plaatsvinden. 
  • Hay nubes en el cielo, va a llover

Leerdoel: plannen in nabije toekomst

Slide 10 - Tekstslide

Plaats persoonlijk vnw.
Wanneer er een persoonlijk vnw. in de zin staat kan je het op 2 plaatsen neerzetten:
  • Voor de vorm van ir.
         vb: Me voy a duchar.
         vb: Lo voy a comprar
  • Achter de infinitief vast.
         vb: Voy a ducharme.
         vb: Voy a comprarlo. 
Leerdoel: plannen in nabije toekomst
Tijdsaanduidingen futuro
Leer de woorden van 3 in
je librito

Slide 11 - Tekstslide

IR      A      infinitief (HELE WERKWOORD)
+
+

Slide 12 - Tekstslide

Tener que + infintief
Wat betekent tener?


Moeten ( verplichting/noodzaak) = tener + que + infinitief
Leerdoel: vertellen wat je moet doen
tener
tengo
tienes
tiene
tenemos
tenéis
tienen
vb: Tengo que hacer los deberes.
Tenéis que escribir las frases.
Librito pág. 22

Slide 13 - Tekstslide

Hay que + infintief
Je gebruikt hay que + infinitief
 als je in het Nederlands zou 
zeggen "men moet" of "je moet". 
Wanneer het dus algemeen bedoeld is.

Leerdoel: vertellen wat je moet doen
vb: Para tener buenas notas, hay que estudiar.
librito pág. 22

Slide 14 - Tekstslide

Deber + infintief
Wat betekent tener?


Moeten (raad/advies) = deber + infinitief
Leerdoel: vertellen wat je moet doen
deber
debo
debes
debe
debemos
debéis
deben
vb: Tengo que hacer los deberes.
Tenéis que escribir las frases.
Librito pág. 22

Slide 15 - Tekstslide

Plaats persoonlijk vnw.
Wanneer er een persoonlijk vnw. in de zin staat kan je het op 2 plaatsen neerzetten:
  • Voor de vorm van tener (persoonsvorm)
         vb: Me tengo que duchar.
         vb: Lo tengo que comprar
  • Achter de infinitief vast.
         vb: Tengo que ducharme.
         vb: Tengo que comprarlo. 
Leerdoel: vertellen wat je moet doen.

Slide 16 - Tekstslide

Oefentoets Proefwerk
Oefentoets

Slide 17 - Tekstslide