§5.1 de overheid

1 / 12
volgende
Slide 1: Video
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

§5.1
Overheid, burgers en bedrijven

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les weet je:
Wat de voor- en nadelen zijn van de collectieve sector en de particuliere sector
Hoe de overheid het gedrag van mensen en bedrijve probeert te veranderen


Slide 3 - Tekstslide

Collectieve sector
  • Collectief = samen, gezamelijk, een groep
  • Collectieve sector = Alle overheidsorganisaties
  • Voorbeelden: Politie, brandweer, ziekenhuizen, scholen
  • Besluitvorming gaat traag
Voor iedereen betaalbaar (gratis), Kwaliteit belangrijker dan geld

~Publieke sector

Slide 4 - Tekstslide

Particuliere sector
Particulier is een iemand, een persoon.
  • Particuliere sector = alle bedrijven die winst willen maken.
  • Overheid is niet uit op winst, maar op zorg voor mensen.
  • Bedrijven leveren ook kwaliteit, maar willen vooral winst.
  • Besluitvorming gaat snel. Moet wel, anders lopen klanten weg
Voorbeelden: Albert Heijn, Xenos, Bakker op de hoek, Loodgietersbedrijf, Kapperzaak.

Slide 5 - Tekstslide

De collectieve sector heet ook wel de...
A
Publieke sector
B
Private sector
C
Primaire sector
D
politieke sector

Slide 6 - Quizvraag

Iemand die in de publieke sector werkt heet ook wel een...
A
Ambtsmedewerker
B
Algemeen medewerker
C
Autoritair medewerker
D
Ambtenaar

Slide 7 - Quizvraag

Een ander woord voor particuliere sector is ook wel
A
Persoons sector
B
Private sector
C
Primaire sector
D
Partijdige sector

Slide 8 - Quizvraag

Privatiseren
  • Van een staatbedrijf een privaat bedrijf maken
  • Minder zorgen (en kosten) voor de overheid
  • Sommige dingen doet een bedrijf beter (door concurrentie)
  • Soms minder kwaliteit en duurder

 <= Nationaliseren => van bedrijf naar staatsbedrijf


Slide 9 - Tekstslide

Is privatiseren goed???

Slide 10 - Tekstslide

Subsidie + Accijns
  • Maatregelen om het gedrag van mensen te beïnvloeden
  • zodat mensen er beter van worden
  • Subsidie = mensen/bedrijven krijgen geld
  • Accijns = extra belasting op schadelijke producten

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
maak de opdrachten van §5.1

Slide 12 - Tekstslide