--> Hoy es el 19 de septiembre (Het is 19 september).
Slide 4 - Tekstslide
permanent tijdelijk
El perro es pequeño (De hond is klein).
El perro está mojado (De hond is nat).
Slide 5 - Tekstslide
permanent tijdelijk
La camiseta es blanca (Het t-shirt is wit).
La camiseta está sucia (Het t-shirt is vies).
Slide 6 - Tekstslide
permanent tijdelijk
Wat ben jij lelijk zeg!
Je bent dronken!
Ja, maar
dat is
tijdelijk.
Slide 7 - Tekstslide
De vervoegingen
ser
estar
yo/ ik
soy
estoy
tú/ jij
eres
estás
el, ella, usted/
hij zij u
es
está
nosotros/-as
somos
estamos
vosotros/-as
sois
estáis
ellos, ellas, ustedes
son
están
Slide 8 - Tekstslide
Sleep de afbeeldingen naar de juiste woorden.
la cocina
el salón
el dormitorio
el pasillo
el cuarto de baño
Slide 9 - Sleepvraag
Slide 10 - Video
-Kijk de video en maak een lijstje met de verschillende delen van het huis.
- Noteer de woorden die je niet bekend voorkomen.
Slide 11 - Tekstslide
Sleep de woorden naar de juiste plaats in de afbeelding.
el sillón
la nevera
el horno
las sillas
la mesa
el sofá
el lavabo
la ducha
el baño
la cama
el armario
la bañera
la lámpara
el escritorio
el lavabo
Slide 12 - Sleepvraag
Luister dit fragment en sleep de zinnen naar de juiste plek.
Juist
Onjuist
1. Het lievelingslied van José is het lied van de kleuren.
2. De favoriete stad van José is Madrid.
3. José woont in Toledo.
4. Het huis van José heeft 4 slaapkamers.
6. Het huis van José heeft 3 badkamers en 1 woonkamer.
5. Het huis van José heeft 1 keuken.
7. Zijn favoriete plaats in huis in zijn slaapkamer.
Slide 13 - Sleepvraag
Klik hier en lees de tekst. Sleep daarna de foute zinnen naar de prullenbak.
Hola Maria:
¿Qué tal? Yo estoy muy bien.
Te escribo porque tengo una casa nueva, grande y muy bonita. Mi casa está en Eindhoven. Es muy grande y tiene cuatro dormitorios, una cocina blanca y pequeña, dos cuartos de baño, uno azul y uno verde.
Para mí escribir es muy aburrido, yo prefiero hablar por Whatsapp. Mi número de teléfono es: cero- seis- veinte- quince- diecisiete- treinta.
Un saludo,
Sara
Sara's huis is nieuw, groot en mooi.
Sara's huis heeft 3 slaapkamers.
Er zijn 2 badkamers, 1 blauwe en 1 groene.
De keuken is wit en groot.
Sara vindt schrijven leuk.
Sara praat liever via Whatsapp.
Slide 14 - Sleepvraag
Beschrijf jouw slaapkamer: * Benoem objecten (gebruik: tener) en kleuren (gebruik: ser). * Voorbeeld: "Mi dormitorio es verde y tiene un sofá negro y una lámpara negra."
Slide 15 - Open vraag
Beschrijf jouw woonkamer: * Benoem objecten (gebruik: tener) en kleuren (gebruik: ser). * Voorbeeld: "Mi salón es blanco y tiene un sillón verde y una alfombra rosa."
Slide 16 - Open vraag
Beschrijf jouw keuken: * Benoem objecten (gebruik: tener) en kleuren (gebruik: ser). * Voorbeeld: "Mi cocina es amarilla y tiene una mesa negra y ocho sillas marrones.
Slide 17 - Open vraag
Wat heb ik geleerd in deze les?
Slide 18 - Woordweb
Hoy es el 4 de abril del 2024
Qué vamos a hacer?
20 min woordjes oefenen van het huis (lijst staat in magister learn)
Oefeningen plaatsbepalingen en ser/estar
Luisteroefeningen
Gesprekjes met elkaar houden over je huis (uiterlijk)