Achmed zegt dat lymfevloeistof in de lymfeknopen wordt gereinigd. Cernik zegt dat het lymfevatenstelsel lymfe afgeeft aan het bloed. Wie heeft (hebben) gelijk?
A
Alleen Achmed heeft gelijk
B
Alleen Cernik heeft gelijk
C
Achmed en Cernik hebben gelijk
D
Achmed en Cernik hebben beide geen gelijk
Slide 25 - Quizvraag
Wat is lymfe?
A
Bloedplasma
B
Vloeistof die uit de lymfevaten de weefsels in gaat.
C
Vloeistof met rode bloedcellen.
D
Vloeistof die in de lymfevaten is gestroomd.
Slide 26 - Quizvraag
Waar bestaat lymfe uit?
A
Rode bloedcellen en wittebloedcellen
B
Witte bloedcellen en water
C
witte bloedcellen, water en opgeloste stoffen
D
Rode bloedcellen , water en opgeloste stoffen
Slide 27 - Quizvraag
De functie van het lymfestelsel is:
A
vervoeren zuurstof
B
afvoeren glucose
C
controleren op ziekteverwekkers
D
bloedstolling
Slide 28 - Quizvraag
Wat hoort waarbij?
bloedplasma
weefselvloeistof
lymfe
haarvaten
weefsels
lymfevaten
Slide 29 - Sleepvraag
Sleep de juiste namen naar hun plek.
4
5
6
3
2
1
Haarvat
Lymfevat
Lymfe
Rode bloedcel
Bloedplasma
Weefselvloeistof
Slide 30 - Sleepvraag
In welke richting stroomt lymfe in het lymfe vat van de afbeelding?
A
in de richting van pijl P
B
in de richting van pijl Q
C
zowel richting van pijl P als pijl Q
D
dat is niet uit de afbeelding op te maken
Slide 31 - Quizvraag
Slagaders
Aders
Lymfe-
vaten
Kleppen
Kleppen
Dikke wand
Lage bloeddruk
Hoge bloeddruk
Bevat geen rode bloedcellen
Slide 32 - Sleepvraag
lymfe
bloedplasma
weefselvloeistof
Slide 33 - Sleepvraag
Wat hoort er NIET in lymfe te zitten?
A
Antistoffen
B
Voedingsstoffen
C
Rode bloedcellen
D
Witte bloedcellen
Slide 34 - Quizvraag
Paragraaf 8.5: Rond je cellen
Slide 35 - Tekstslide
Leren hoofdstuk 8
Huiswerk
Slide 36 - Tekstslide
Maken 8.5: opdrachten B-route (dus niet de stervragen)