disk thema wonen woordenlijst b en hg

Hij draagt een zwarte trui
A
goed
B
fout
1 / 18
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Hij draagt een zwarte trui
A
goed
B
fout

Slide 1 - Quizvraag

wonen in Frankrijk, dat is mijn ideaal
A
goed
B
fout

Slide 2 - Quizvraag

hij heeft een vuil kamer
A
goed
B
fout

Slide 3 - Quizvraag

Zij schoonmaakte haar woning
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quizvraag

Zij heeft veel spullen verzamelt
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

zij hebben een slordige zolder
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quizvraag

wat is het tegenovergestelde van schoon

Slide 7 - Open vraag

wat is het tegenovergestelde van ruim

Slide 8 - Open vraag

Ik heb een taart (bakken)
vul het voltooid deelwoord in

Slide 9 - Open vraag

de keeper heeft de bal (stoppen)
vul het voltooid deelwoord in

Slide 10 - Open vraag

hij is naar school (zijn)

Slide 11 - Open vraag

zij zijn naar de bioscoop (gaan)
vul het voltooid deelwoord in

Slide 12 - Open vraag

gevorderd: zet in verleden tijd
Hij bemoeit zich er altijd mee

Slide 13 - Open vraag

half gevorderd: zet in de verleden tijd
hij ruimt zijn kamer op

Slide 14 - Open vraag

gevorderd: zet in de verleden tijd
ik erger me aan jouw gedrag

Slide 15 - Open vraag

half gevorderd: zet in de verleden tijd
ik ben in de stad

Slide 16 - Open vraag

gevorderd: zet in de verleden tijd
zij repareert het horloge

Slide 17 - Open vraag

hij heeft een goed cijfer (halen)
vul het voltooid deelwoord in

Slide 18 - Open vraag