K4 voeding start 23

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • korte intro, waar staan we nu? 
  • waar waren we gebleven?
  • herhalen belangrijke lesstof. 
  • oefening
  • terugblik/ afsluiting. 

Slide 2 - Tekstslide

intro
  • Nog ca. 3 maanden te gaan. 
  • Belangrijk om iedere les goed te benutten. 
  • aantekeningenschrift en boeken heel belangrijk.
  • les gemist? neem aantekeningen over. 

Slide 3 - Tekstslide

Waar waren we gebleven?
 hoofdstuk voeding al behandeld: 
voedingsstoffen/ voedingsmiddelen/ enzymen/ verteringsstelsel. 

Nog te behandelen: 
Gezond eten/ alleseter, vleeseter, planteneter. 

Slide 4 - Tekstslide

Herhalen lesstof. 

  • Voedingsmiddel: Alles wat je eet of drinkt. 
  • Voedingsstof: bruikbare bestandsdelen van voedingsmiddelen. 
  • 6 soorten voedingsstoffen:
koolhydraten/vetten/eiwitten/vitamines/mineralen/water

Slide 5 - Tekstslide

herhaling
Voorbeeld:
Een pizza is een voedingsmiddel in deze pizza zitten voedingsstoffen zoals: water, vet, eiwit, koolhydraten, vitamines.

Voedingsstoffen kunnen verschillende taken hebben. Deze taken zijn: 
Brandstof/ reservestof/ bouwstof/ beschermende stof. 

Slide 6 - Tekstslide

Er zijn 2 soorten vetten:
onverzadigd = oke , gebruikt als Bouwstof
verzadigd = verkeerd, geeft gezondheidsklachten.

Slide 7 - Tekstslide

Sommige voedingsstoffen zijn te groot om in een keer vanuit de dunne darm in het lichaam te worden opgenomen. 
Deze voedingsstoffen moeten worden verteerd. 

Vertering: Kleiner maken van voedingsstoffen. 

Voedingsstoffen die moeten worden verteerd: 
Eiwitten, Vetten, koolhydraten. (zetmeel = soort koolhydraat). 

Stoffen die niet hoeven te worden verteerd: 
Glucose, mineralen, vitamines, water

Slide 8 - Tekstslide

oefening
Karel wil minder vlees gaan eten en kiest daarom maaltijd 1, met peulvruchten en minder vlees. De schijf van vijf raadt vlees en peulvruchten aan, vanwege de eiwitten en de onverzadigde vetten.
 Vier mogelijke functies van voedingsstoffen in het lichaam zijn:
− dienen als beschermende stoffen;
− dienen als bouwstoffen;
− dienen als brandstoffen;
− dienen als reservestoffen.
 Welke functies hebben de voedingsstoffen eiwitten en vetten? 

Slide 9 - Tekstslide

Peristaltische beweging: Beweging van de maag en ALLE darmen om voedsel en verteringssappen te kneden en voort te bewegen. 
In verteringssappen (speeksel, maagsap, alvleessap, darmsap). Zitten enzymen. 
Enzymen breken grote voedingsstoffen af (knippen)

Slide 10 - Tekstslide

Oefening. 


Ernstig overgewicht ontstaat als iemand gedurende lange tijd meer koolhydraten en vetten opneemt dan nodig is. Een deel van die stoffen wordt als brandstof en als bouwstof gebruikt.
Wat gebeurt er met het teveel aan koolhydraten en vetten dat wordt opgenomen in het lichaam?



Roeiers trainen in het wedstrijdseizoen twee keer per dag. Daarvoor is veel energie nodig.





Een roeier eet vlak voor de training een boterham met kaas en drinkt daarbij een sportdrank met glucose. De brandstof uit de sportdrank komt sneller in zijn bloed terecht dan de brandstof uit de boterham.
Leg uit waardoor de brandstof uit de sportdrank sneller in zijn bloed terechtkomt dan de brandstof uit de boterham.






Ernstig overgewicht ontstaat als iemand gedurende lange tijd meer koolhydraten en vetten opneemt dan nodig is. Een deel van die stoffen wordt als brandstof en als bouwstof gebruikt.
Wat gebeurt er met het teveel aan koolhydraten en vetten dat wordt opgenomen in het lichaam?


Roeiers trainen in het wedstrijdseizoen twee keer per dag. Daarvoor is veel energie nodig.

Een roeier eet vlak voor de training een boterham met kaas en drinkt daarbij een sportdrank met glucose. De brandstof uit de sportdrank komt sneller in zijn bloed terecht dan de brandstof uit de boterham.
Leg uit waardoor de brandstof uit de sportdrank sneller in zijn bloed terechtkomt dan de brandstof uit de boterham.






Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting
Belangrijk voor volgende les: 
Leer de organen van het verteringsstelsel!  blz 22
Leer ook alvast de onderdelen van een tand.  blz 29

Volgende les: 
Onderdelen verteringsstelsel, verteringssappen, alleseter/ vleeseter/ planteneter. 

Slide 12 - Tekstslide

Extra oefening

In de wand van de slokdarm zitten kringspieren en lengtespieren. Deze spieren zijn betrokken bij de peristaltische bewegingen in de slokdarm.
Wat is een functie van deze peristaltische bewegingen in de slokdarm?

Drie delen zijn met een letter aangegeven.
Welke letter geeft het deel aan waardoor voedsel naar de maag getransporteerd wordt?





Slide 13 - Tekstslide