1C do 2 juni 2022 blokuur

Les devoirs pour le 3 juin








Programme: réviser grammaire - travailler - questions - corriger - voca
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Neem grammaire D & H van chapitre 6 door
Faire (maken/doen)
- chapitre 8 ex. 10ab, 11b

Apprendre (leren)
- Leren: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)

- Herhalen: voca AB van chapitre 5
- Herhalen: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)
- Herhalen: être & avoir
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Les devoirs pour le 3 juin








Programme: réviser grammaire - travailler - questions - corriger - voca
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Neem grammaire D & H van chapitre 6 door
Faire (maken/doen)
- chapitre 8 ex. 10ab, 11b

Apprendre (leren)
- Leren: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)

- Herhalen: voca AB van chapitre 5
- Herhalen: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)
- Herhalen: être & avoir

Slide 1 - Tekstslide

Réviser grammaire D & H Ch6
Zometeen:

  • kant van het raam = eens/juist
  • kant van de deur = oneens/onjuist

Slide 2 - Tekstslide

1
Dit is een goede vraag:
"Il s'appelle Marc?"

Slide 3 - Tekstslide

1 uitleg
Ja, je mag een ? achter een zin zetten --> vraagzin

Slide 4 - Tekstslide

2
"gaan" = avoir

Slide 5 - Tekstslide

2 uitleg
gaan = aller
(avoir = hebben)

Slide 6 - Tekstslide

3
qu'est-ce qui = wat

Slide 7 - Tekstslide

3 uitleg
wat = qu'est-ce que

Slide 8 - Tekstslide

4
jullie gaan = vous allez

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg 4
jullie = vous

gaan = aller --> allez

Slide 10 - Tekstslide

5
Deze zin is juist:

Où tu habites?

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg 5
Où tu habites = onjuist

Juiste zin: Tu habites où? (zie phrases-clés)

Slide 12 - Tekstslide

3
Quels sont tes chambres?
4
La robe est rouge.
... robe est rouge
kant van het bureau

ce


kant van de deur

cette


Slide 13 - Tekstslide

5
Deze zin is juist:

Où tu habites?

Slide 14 - Tekstslide

Uitleg 5
Où tu habites = onjuist

Juiste zin: Tu habites où? (zie phrases-clés)

Slide 15 - Tekstslide

3
Quels sont tes chambres?
6
Tu ... à Paris.
kant van het bureau

va


kant van de deur

vas


Slide 16 - Tekstslide

Uitleg 6
tu vas

Slide 17 - Tekstslide

Ga weer op je plek zitten

Slide 18 - Tekstslide

Au travail:
Bedenk welke grammaire je net het minst goed kende, maak daarvan eerst de opdrachten
  • Grammaire D: blz 135 ex. 11b
  • Grammaire H: blz 134 ex. 10b
  • Klaar? herhaal voca A van chapitre 5 (ook schrijven!!)

  • bij 11b: je kunt de zinnen ook eerst vertalen
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Grammaire D ch6
questions?

Als je geen vragen hebt: werk verder aan ex. 10ab of 11b
Leren: voca A chapitre 5

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Grammaire H ch6
questions?

Als je geen vragen hebt: werk verder aan ex. 10ab of 11b
Leren: voca A chapitre 5

Slide 22 - Tekstslide

Corriger ex 10b 11b

Slide 23 - Tekstslide

10b

  1. Vera (=elle) va déménager
  2. je vais travailler
  3. nous allons habiter
  4. vous allez aimer
  5. on va manger
  6. tu vas aller
11b

  1. comment
  2. qui
  3. comment
  4. quand
  5. pourquoi

Slide 24 - Tekstslide

Réviser le vocabulaire Chapitre 5
Zometeen:

  • groepjes van 4 (zoals je zit)
  • 1 leerling heeft een boek en noemt een woord Fr/NL van CH5 bv. la maison
  • 1 van de andere 3 heeft een voorwerp in de hand (bv een gum)
  • degene met het voorwerp in de hand moet het vertalen --> als het goed is het voorwerp aan de volgende in de groep geven
  • als de muziek stopt, moet degene met het voorwerp in de hand gaan zitten etc.

Slide 25 - Tekstslide

Les devoirs pour le 3 juin








Programme: réviser grammaire - travailler - questions - corriger - voca
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Neem grammaire D & H van chapitre 6 door
Faire (maken/doen)
- chapitre 8 ex. 10ab, 11b

Apprendre (leren)
- Leren: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)

- Herhalen: voca AB van chapitre 5
- Herhalen: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)
- Herhalen: être & avoir

Slide 26 - Tekstslide