In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Opgepast!
Module fictie
Jennefer Mellink
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Personages
Perspectieven
Ik weet wie de hoofdpersoon is in Opgepast! en ik kan een aantal eigenschappen van hem/haar noemen.
Ik weet welk perspectief gebruikt wordt in Opgepast!
Dagdoelen:
Slide 2 - Tekstslide
Personages
Belangrijkste personage
Kleine rol
1 à 2 per verhaal
Held, schurk, tegenstander, ...
Leer je goed kennen
Informatie via hoofdpersoon
Karaktertrekken
Meestal 1 karaktertrek
Inleven
Reageren stereotiep
Hoofdpersoon
Bijfiguur
Slide 3 - Tekstslide
Wie is volgens jou de hoofdpersoon in dit boek en waarom?
Slide 4 - Open vraag
Identificatie & karakter
Identificatie
Karakter
Inleven in een bepaald personage
Weinig informatie over uiterlijk, wel: karaktereigenschappen!
Eigenschappen van een personage > Brutaal, verlegen, onzeker, vriendelijk, rustig, dapper, bazig ...
Karakterontwikkeling
Slide 5 - Tekstslide
Welke karaktereigenschappen vind jij passen bij Benthe?
Slide 6 - Woordweb
Perspectief
Standpunt: je ziet de gebeurtenissen door de ogen van iemand.
Ik-perspectief
Personaal perspectief
Alwetend perspectief
Meervoudig perspectief
4 perspectieven
Slide 7 - Tekstslide
Ik-perspectief
Je leest het verhaal door de ogen van één persoon
Vertellend ik: de ik-persoon vertelt achteraf over de gebeurtenissen
Belevend ik: de ik-persoon vertelt over gebeurtenissen die op dat moment plaatsvinden.
Personaal perspectief
Hij-/zij-vorm
Onzichtbare verteller
Lezer weet niet meer dan de het personage.
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Op dat moment was ik zo bang dat ik ben weggerend. > Vertellend ik Zojuist heb ik een brief gekregen van de eigenaar van de supermarkt. > Belevend ik
Milou weet niet welk profiel ze moet kiezen. Ze is goed in alles en dat maakt het kiezen juist zo moeilijk. Waarschijnlijk wil ze later in het onderwijs gaan werken, maar ze weet het niet zeker.