§3.6 Hersenen

Welkom
- Schrift, boek op tafel
- Les §3.6 - Hersenen
- Vooruitblik.
Leerdoelen
- Je kunt de namen van de delen van de hersenen benoemen en uitleggen wat hun functie is.
- Je kunt uitleggen wat er gebeurt in je hersenen wanneer je iets leert.
- Je kunt uitleggen hoe je geheugen werkt.
- Je kunt uitleggen hoe het zenuwstelsel van ongewervelde dieren (zoals de regenworm) gebouwd is.
Huiswerk
§3.6 - maken en nakijken

Oefentoets HD3

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
- Schrift, boek op tafel
- Les §3.6 - Hersenen
- Vooruitblik.
Leerdoelen
- Je kunt de namen van de delen van de hersenen benoemen en uitleggen wat hun functie is.
- Je kunt uitleggen wat er gebeurt in je hersenen wanneer je iets leert.
- Je kunt uitleggen hoe je geheugen werkt.
- Je kunt uitleggen hoe het zenuwstelsel van ongewervelde dieren (zoals de regenworm) gebouwd is.
Huiswerk
§3.6 - maken en nakijken

Oefentoets HD3

Slide 1 - Tekstslide

Masha staat met haar fiets te wachten voor een rood stoplicht. Het stoplicht wordt groen. Masha zet stapt op haar fiets en steekt de weg over.

Masha ziet dat het stoplicht groen wordt. Dit is een.....
A
Prikkel
B
Impuls
C
Signaal
D
Zintuig

Slide 2 - Quizvraag

Masha staat met haar fiets te wachten voor een rood stoplicht. Het stoplicht wordt groen. Masha zet stapt op haar fiets en steekt de weg over.
Bij het groen worden van het stoplicht gaat er een signaal via de zenuwen naar de hersenen. Dit signaal is een....
A
Prikkel
B
Impuls
C
Reactie
D
Zintuig

Slide 3 - Quizvraag

Zet op de goede volgorde
1
2
3
4
5
6
7
8
Prikkel
Zintuig
Impuls
Gevoelszenuw
Hersenen
Beweginszenuw
Reactie
Bewustwording

Slide 4 - Sleepvraag

Je eet een boterham
met jam.
Wanneer weet je dat je de jam proeft?
A
Als de smaakstoffen bij je smaakzintuigen komen.
B
Als de geurstoffen bij het reukzintuig komen.
C
Als de hersenen de berichten van de smaakzintuigen en het reukzintuig samenvoegen.

Slide 5 - Quizvraag

Sleep: Waar of niet waar?
WAAR
NIET WAAR
Smaakpapillen zijn prikkels voor de smaakzintuigen.
Smaakzintuigen liggen op je tong en je lippen.
Smaakstoffen sturen berichten naar je hersenen.
Met de smaakzintuigen op je tong kun je smaken waarnemen.

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Video

Hebben alle dieren hersenen?
Gewervelde dieren: hebben hersenen, die ongeveer hetzelfde gebouwd zijn als die van mensen.

Veel ongewervelde dieren hebben geen hersenen zoals: sponzen, kwallen of zeesterren

Slide 8 - Tekstslide

Hebben alle dieren hersenen?
Sommige ongewervelde dieren hebben zeer eenvoudige hersenen, v.b: regenworm
- Zenuwknopen - groep cellen waar impulsen samenkomen en die segmenten aanstuurt.
- Vangt lichtprikkels op in kop/staart met speciale zintuigen.
- Vangt trillingen op met speciale drukzintuigjes in de huid.

Slide 9 - Tekstslide

Maar waarom zitten je hersenen in je hoofd en alle andere belangrijke organen in je romp? Zelfs bij wormen?

Slide 10 - Tekstslide

Grote hersenen

Geheugen, nadenken
emoties, bewustwording informatie zintuigen

Bevat schors
Daarin de hersencentra, bijv.
- spraakcentrum
- gevoelscentrum
- centrum voor beweging



Slide 11 - Tekstslide

Kleine hersenen

Controleren / coördineren van je bewegingen

Evenwicht



Slide 12 - Tekstslide

Hersenstam
Verbinding tussen hersenen en ruggenmerg

Onbewuste levensprocessen
  • ademhaling
  • hartslag
  • lichaamstemperatuur


Slide 13 - Tekstslide

Geheugen
Korte termijn geheugen:       max. half uur onthouden
                                                           bijv. telefoonnummer dat je leest en 
                                                           meteen gaat gebruiken
Lange termijn geheugen:      hier onthoud je informatie voor 
                                                           langere tijd. Dit is informatie uit
                                                           het korte termijn geheugen die je 
                                                           meerdere malen herhaald hebt.

Slide 14 - Tekstslide

Hoe werkt leren?
Leren is het maken van verbindingen tussen zenuwcellen in je hersenen.
Door iets vaker te doen worden deze verbindingen sterker, maar als je iets weinig of niet meer doet worden deze verbindingen steeds zwakker. Door vaak genoeg te oefenen met bijvoorbeeld lopen gaat het uiteindelijk automatisch

Slide 15 - Tekstslide

Leren
Leren = maken van nieuwe 
verbindingen tussen zenuwcellen
in de hersenen.

Geheugenspoor = zenuwcellen in 
de hersenschors worden met elkaar
verbonden in een bepaald patroon
1 = lange termijn geheugen, 
      het geheugenspoor

Slide 16 - Tekstslide

Welk deel van de hersenen zorgt voor het coördineren van bewegingen?
A
Kleine hersenen
B
Grote hersenen
C
hersenstam
D
hypofyse

Slide 17 - Quizvraag

Wat is GEEN onderdeel van de hersenen?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Harde hersenen

Slide 18 - Quizvraag

Hoe heet onderdeel 1?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam

Slide 19 - Quizvraag

Waaruit bestaat uit centraal zenuwstelsel?
A
Hersenen, ruggenmerg
B
Hersenen, zenuwen
C
Hersenen, ruggenmerg, zenuwen
D
Hersenen, ruggenmerg, zenuwen, ruggengraat

Slide 20 - Quizvraag

Vooruitblik
TW
HD3 §1 t/m 4 + §6
Voorbereiden
Begrippen
Oefenen:
- biologiepagina
- oefentoetsen online

Aan de slag
- Herhalen HD3
- Begrippenlijst maken
- Samenvatten/Mindmap maken
- Oefenen op www.biologiepagina.nl

Slide 21 - Tekstslide