Toepassingen van kwadratische vergelijkingen in paraboolvluchten

Toepassingen van kwadratische vergelijkingen in paraboolvluchten
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Toepassingen van kwadratische vergelijkingen in paraboolvluchten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de top van een paraboolvlucht berekenen en de locatie van de landing van een voorwerp voorspellen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over kwadratische vergelijkingen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Introductie
Bekijk het volgende filmpje over paraboolvluchten en trajectorgies van ballen en kanonskogels.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn kwadratische vergelijkingen?
Kwadratische vergelijkingen hebben de vorm ax^2 + bx + c = 0, waarbij a, b en c constanten zijn en a niet gelijk is aan 0.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De top berekenen
De x-coördinaat van de top van de parabool kan worden berekend met de formule -b / (2a).

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De top berekenen (vervolg)
De y-coördinaat van de top kan worden berekend door de x-coördinaat in te vullen in de vergelijking.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De locatie van de landing voorspellen
Om te bepalen waar een voorwerp neerkomt, moet je de vergelijking oplossen voor x = 0.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktische toepassingen
Kwadratische vergelijkingen worden gebruikt bij het modelleren van paraboolvluchten van projectielen, zoals ballen en kanonskogels.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefeningen
Los de volgende oefeningen op om je begrip van kwadratische vergelijkingen en hun toepassingen te testen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.