English L1.2B 01-09

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

English

Today

Words about family?

Remember the rule?

Lesson task

Next lesson

Check!

I can use words, grammar and sentences I learned in primary school correctly

Words about family?

Lesson task 1

Opdracht 2a + 2b (P. 36)

Read the words together

Look at the picture, fill in the words

4 minutes

Check the answers together

Exercise 2a

Exercise 2b

Remember the rule?

• (to) be

 =

ZIJN

• (to) have

=

HEBBEN

TO BE = ZIJN

ik ben

jij / je bent

hij / zij/ze / het is 

we zijn 

jullie zijn

zij zijn 

enkelvoud

}

}

meervoud

TO BE = ZIJN

I am

you are

he / she / it is

we are

you are

they are

enkelvoud

}

meervoud

}

TO HAVE = HEBBEN

ik heb

Jij / je hebt

hij / zij/ze / het heeft

we / jullie / zij hebben

enkelvoud

}

}

Meervoud

TO HAVE = HEBBEN

I have

you have

he / she / it has

we have

you have

they have

enkelvoud

}

meervoud

}

Lesson task 2

(TO) BE  (ZIJN)

- AM

- ARE 

- IS 

(to) HAVE (HEBBEN)

- HAVE

- HAS 

Lesson task 2

Short forms (verkorte vormen)?

•  'm / 're / 's
  
•  've / 's

Lesson task 2

Short forms (verkorte vormen)?

• am / are / is /

• have / has

I AM verkort je naar

1. I'm
2. I're
3. I's

They are verkort je naar

1. They'm
2. They're
3. They's

He IS verkort je naar

1. He'm
2. he're
3. he's

Lesson task 2

Herschrijf de zinnen bij van opdracht 4

Gebruik hierbij de verkorte vormen van :

(to) be /(to) have

Klaar? 

Bekijk het groene blokje tekst op blz. 31

Maak opdracht 4 op blz. 32

Next lesson

 Watching practice

exercise 5 t/m 9

AM

ARE

IS

you

we

they

he

I

she

it

  Tim

Janine

Britt &

Thomas

They ..... very old.

1. 'm
2. 're
3. 's

It .... my book

1. 'm
2. 're
3. 's

(to) BE - ZIJN

Welke verkorte vorm van het woord hoort in welk vakje? 

Sleep de woorden naar het juiste vakje.

'm

're

's

I

you

she

he

it

we

they

(to) HAVE - HEBBEN

Welke korte vorm van het woord hoort in welk vakje? 

Sleep de woorden naar het juiste vakje.

've

's

I

you

she

he

it

we

they

Welk woord hoort in welk vakje? 

Sleep de woorden naar het goede vakje.

wij

zij

jij

ik

hij

het

ze

I

you

she

he

it

we

they