hart en vaten

Welk deel van de hartcyclus duurt het kortste?
A
Boezemsystole
B
Kamersystole
C
Hartpauze
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Welk deel van de hartcyclus duurt het kortste?
A
Boezemsystole
B
Kamersystole
C
Hartpauze

Slide 1 - Quizvraag

Hoe heet het minder negatief worden van de membraanpotentiaal tijdens een actiepotentiaal?
A
depolarisatie
B
repolarisatie
C
plateaufase
D
actiepotentiaal

Slide 2 - Quizvraag

Welk deel van het ECG geeft de systole van de kamers weer?
A
PQ
B
QRS
C
ST

Slide 3 - Quizvraag

Tijdens de repolarisatie wordt het membraanpotentiaal...
A
positiever
B
negatiever

Slide 4 - Quizvraag

Wat gebeurt er direct
na de P-top op het ECG?
A
de boezems trekken samen
B
de linkerkamer trekt samen
C
de rechterkamer trekt samen
D
beide hartkamers trekken samen

Slide 5 - Quizvraag

in which artery is atherosclerosis especially dangerous?
A
renal arteries
B
hepatic artery
C
coronary arteries
D
gastric artery

Slide 6 - Quizvraag


Hartfalen is een aandoening waarbij de hartspier niet genoeg kracht heeft om goed te kunnen werken. Hartfalen kan het gevolg zijn van een beschadiging van de hartspier. Zo’n beschadiging kan ontstaan door verstopping van een kransslagader.
Hiernaast zie je het hart met enkele bloedvaten.
Welke letter geeft een kransslagader aan?
A
Q
B
R
C
S
D
T

Slide 7 - Quizvraag

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten.

Sleep de bloedvaten naar de juiste namen.
Kransslagader
Bovenste holle ader
Aorta
Longslagader
Longader

Slide 8 - Sleepvraag


Waarom wordt de bloedsomloop van de mens een dubbele bloedsomloop genoemd?
A
Omdat alle rode bloedcellen per omloop twee keer door het hart gaan
B
Omdat de bloedsomloop bestaat uit aders en slagaders
C
Omdat het bloed per omloop twee keer door het hart stroomt
D
Omdat het hart zuurstofarm en zuurstofrijk bloed vervoert

Slide 9 - Quizvraag

Dotteren en Stent
A
Vernauwing verhelpen in een bloedvat door een omleiding te maken
B
Vernauwing verhelpen in het bloedvat door bloedverdunners te geven.
C
Vernauwing in een bloedvat verhelpen door stukje nieuw bloedvat in te brengen
D
Vernauwing verhelpen in het bloedvat door bloedvat wat op te rekken en een metalen gaasje te plaatsen

Slide 10 - Quizvraag

Welk gevolg heeft slagaderverkalking voor de bloeddruk?
A
De bloeddruk zal dalen, omdat het bloed gemakkelijk door de slagaders kan stromen.
B
De bloeddruk zal stijgen, omdat het bloed gemakkelijk door de slagaders kan stromen.
C
De bloeddruk zal dalen, omdat het bloed moeilijker door de slagaders kan stromen.
D
De bloeddruk zal stijgen, omdat het bloed moeilijker door de slagaders kan stromen.

Slide 11 - Quizvraag

Welke vaten hebben een hoge compliantie?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 12 - Quizvraag

Als de linkerharthelft is aangedaan, dan...
A
heeft de patiënt last van benauwdheid
B
heeft de patiënt last van oedeem in de benen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de systolische bloeddruk
A
de druk in de ader tijdens een golf bloed
B
onderdruk
C
de druk in de slagader tijdens een golf bloed
D
ontspanningsfase

Slide 14 - Quizvraag

Een ader...
A
Vervoert bloed naar het hart toe
B
Vervoert bloed van het hart weg
C
Bevat meestal zuurstofrijk bloed
D
Bevat meestal zuurstofarm bloed

Slide 15 - Quizvraag