K4 thema 8 BS 3 Glucose als grondstof

8.3 Glucose als grondstof
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

8.3 Glucose als grondstof

Slide 1 - Tekstslide

Eigen onderzoek "tuinkers"
Learnbeat: klascode: Y833TR

Ben je al begonnen??

Slide 2 - Tekstslide

Vragen??? 
BS 1
BS 2

Slide 3 - Tekstslide

Houtvatentransport gaat?
A
omlaag
B
omlaag en omhoog
C
omhoog

Slide 4 - Quizvraag

Wat vervoeren houtvaten?
A
Water
B
Water en glucose
C
Water en mineralen
D
Zuurstof

Slide 5 - Quizvraag

Sleep de onderdelen naar de juiste plek. 
Leerdoel 2
Je kunt in afbeeldingen, vaatbundels, houtvaten en bastvaten benoemen en je kunt de functies van deze delen beschrijven
Bastvaten
Houtvaten
Opperhuid

Slide 6 - Sleepvraag

Wortel
Wortelstelsel
Wortelharen
Stengel
Vaten
Vaatbundels
zitten aan de uiteinden van de zijwortels
Buisjes in planten om water en voedingsstoffen te vervoeren
Het deel van de plant onder de grond
Alle wortels van een plant samen
Een groepje vaten
Deel van de plant tussen de wortels en de bladeren

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is worteldruk?
A
Zorgen dat de plant recht op blijft staan
B
Vasthouden van de plant in de bodem
C
Omhoog persen van water vanuit de wortels

Slide 8 - Quizvraag

Zet de stappen van het proces van watertransport in een plant in de goede volgorde.
1
2
3
4
Water stroomt door de nerven
Water in de vaatbundels wordt aangevuld door de wortels.
Water verdampt uit de bladeren.
Water stroomt door de vaatbundels omhoog. 

Slide 9 - Sleepvraag

8.3 Glucose als grondstof

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden.

Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen.

Slide 11 - Tekstslide

Welke stoffen hebben planten nodig?
Plant maakt met behulp van deze stoffen oa. eiwitten, koolhydraten, vetten en vitaminen.

Slide 12 - Tekstslide

Energierijke stoffen:

Zit veel energie in.

Gemaakt door planten of dieren.
      - Eiwitten, koolhydraten en             vetten
Door planten te eten komen we aan energierijke stoffen.
Energiearme stoffen:

Zit weinig energie in.

Komen voor in de levenloze natuur (rotsen, water, lucht).
       - CO2, mineralen (bv. ijzer)                en water
Door planten te eten komen we aan energiearme stoffen.             

Slide 13 - Tekstslide

Plant
Fotosynthese: koolstofdioxide + water + licht -> zuurstof en glucose

Glucose is energierijk 

Van glucose en mineralen maakt de plant de energierijke stoffen waaruit hij bestaat.

Verbranding: Glucose + zuurstof -> water + koolstofdioxide + energie
Overdag wel, 's nachts niet.
Overdag en 's nachts, 24/7.
Overdag wordt er teveel gemaakt, dit wordt opgeslagen in de bladeren -> zetmeel

Slide 14 - Tekstslide

Licht en donker
Overdag: plant maakt teveel zuurstof, dit wordt afgegeven aan de lucht (via huidmondjes). 
Ook meer glucose, dit wordt tijdelijk opgeslagen als zetmeel (reservestof) in bladeren.

'S nachts: Alleen verbranding, plant verbruikt zuurstof en geeft koolstofdioxide af aan lucht.
De opgeslagen zetmeel wordt omgezet in glucose en vervoerd naar andere delen vd plant.

Slide 15 - Tekstslide

Wat doet een plant met Glucose?
                                                                   Omzetten

Plant zet glucose om in andere koolhydraten, zoals suiker, zetmeel en cellulose.
Plant  maakt van glucose met nitraten eiwitten. Vitaminen zijn ook eiwitten.
Eiwitten worden opgeslagen in de zaden.
Plant maakt van glucose vetten.

Slide 16 - Tekstslide

Assimilatie= De opbouw van energierijke stoffen uit andere stoffen. Ook de vorming van glucose bij de fotosynthese is assimilatie.
Assimileren: samenstellen, opbouwen.

Slide 17 - Tekstslide

Wat doet een plant met Glucose?
                                                                   Omzetten

Bouw van 
energierijke 
stoffen -> 
assimilatie
Alle organismen doen dit.

Slide 18 - Tekstslide

Assimilatie ->
Functie assimilatieproducten:
Brandstoffen
worden verbruikt bij verbranding
b.v. koolhydraten en vetten

Bouwstoffen
worden gebruikt voor opbouw en herstel
b.v. eiwitten
Reservestoffen
Alle producten die over zijn worden opgeslagen als reservestoffen,

Dit gebeurd b.v. in;
bollen en knollen.

Slide 19 - Tekstslide

Aan de werk:
Thema 8 lezen BS 3 Glucose als grondstof 
en 
maken opdrachten: 
1, 2, 3, 4, 5 (alleen afb. 3) en 6 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide