Hoofdstuk 7 Voor de rechter

Hoofdstuk 7.1 


Wat gebeurd er als de officier van justitie besluit dat je voor de rechter moet?
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4,5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7.1 


Wat gebeurd er als de officier van justitie besluit dat je voor de rechter moet?

Slide 1 - Tekstslide

Pech...naar de rechter!


  • dagvaarding Oproep om bij de rechter de verschijnen. 


  • Wie wat waar ?

    Slide 2 - Tekstslide

    3 soorten rechterlijke instanties waar zittingen worden gehouden!

    1: Rechtbank
    2 Gerechtshof
    3 Hoge Raad

    Slide 3 - Tekstslide

    Rechtbanken
    Civiele sector
    Sector bestuursrecht
    sector strafrecht
    sector kanton recht 

    Slide 4 - Tekstslide

    Gerechtshoven 
    Hoger beroep !

    Slide 5 - Tekstslide

    De Hoge Raad 
    Hoogste rechtsorgaan in ons land. 
    OM of verdachte is het niet eens met de uitspraak van het gerechtshof. 
    In cassatie gaan 

    Slide 6 - Tekstslide

    De Hoge Raad
    De hoge raad kijkt niet nog een keer of een verdachte schuldig is. Zij kijken alleen of de rechtsregels goed zijn toegepast. 

    Jurisprudentie = Geheel aan rechtelijke uitspraken. 

    Slide 7 - Tekstslide

    Slide 8 - Video

    Hoe heet de brief die je thuis krijgt als je voor de rechter moet verschijnen?
    A
    Proces-verbaal
    B
    OM-afdoening
    C
    Justitiële oproep
    D
    Dagvaarding

    Slide 9 - Quizvraag

    Wat is een dagvaarding?
    A
    De oproep om voor de rechter te komen
    B
    Wanneer de politie toestemming krijgt om jou een extra dag vast te houden
    C
    Het bevel om jezelf bij de gevangenis te melden.

    Slide 10 - Quizvraag

    Wanneer je in hoger beroep gaat kom je uit bij:
    A
    De Rechtbank
    B
    De Hoge Raad
    C
    Het Gerechtshof

    Slide 11 - Quizvraag

    10: Als je in cassatie gaat kom je terecht bij:
    A
    Het Europees Hof
    B
    Gerechtshof
    C
    De Hoge Raad
    D
    Rechtbank

    Slide 12 - Quizvraag

    Wat is de taak van de Hoge Raad
    A
    Uitleg van de interpretatie van wetten
    B
    Zaken in cassatie behandelen
    C
    Ontwikkeling van recht en rechtsbescherming
    D
    Zorgen voor rechtseenheid

    Slide 13 - Quizvraag

    Aan de slag. 
    Maken hoofdstuk 7 
    Opdracht 1 tm 5 + 9 + 10 + 12 + 15

    Slide 14 - Tekstslide

    Paragraaf 7.2 
    Het verloop van een rechtzitting 


    - Uitleg paragraaf 7.2 
    - maken paragraaf 7.2
    - laatste kwartier The social dilemma kijken 

    Slide 15 - Tekstslide

    Wie is wie?

    1. Verdachte
    2. Rechter
    3. Advocaat
    4. Getuige(n)
    5. Pers
    6. Publiek
    7. Officier van Justitie
    8. Griffier
    Officier van Justitie
    Getuige(n)
    Verdachte
    Advocaat
    Griffier
    Rechter
    Pers
    Publiek

    Slide 16 - Tekstslide


    Hoe verloopt 

    een rechtszaak?

    Slide 17 - Tekstslide


    1. 
    De opening


    Naam & woonplaats

    Slide 18 - Tekstslide


    2. 
    De aanklacht


    De officier van justitie leest de aanklacht (=tenlastelegging) voor

    Slide 19 - Tekstslide


    3.
    Het verhoor van de verdachte


    Eerst zelf vertellen wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en je eigen advocaat jou.

    Slide 20 - Tekstslide


    4.

    Het getuigenverhoor



    Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te 

    maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.

    Slide 21 - Tekstslide

    5.


    De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis

    Slide 22 - Tekstslide


    6. 
    Het pleidooi



    Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf. Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging

    Slide 23 - Tekstslide


    7. 
    Het laatste woord



    Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier

    Slide 24 - Tekstslide


    8. 

    De uitspraak



    De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Meestal is de uitspraak of het vonnis pas later

    timer
    10:00

    Slide 25 - Tekstslide

    Het vonnis
    - Is er voldoende bewijs?
    - Gaat het om een strafbaar feit?

    - Is de dader strafbaar?
    - Welke straf moet worden opgelegd ?

    Slide 26 - Tekstslide

    Juryrechtspraak
    In de VS, België en Frankrijk

    Burgers (jury) beslissen of de verdachte schuldig is..... (VS)

    Slide 27 - Tekstslide

    Slide 28 - Tekstslide

    Juryrechtspraak =
    Duur...
    Duurt lang... (geen contact met de buitenwereld)
    Fouten....

    Volk heeft gevoel dat ze inspraak hebben en erbij horen = goed!
    Burgers controleren de overheid... = goed!
    Zorgt voor vertrouwen bij het volk

    Slide 29 - Tekstslide

    Slide 30 - Tekstslide