Natuurlijk zijn de leerdoelen ook te vinden in de leerlijst!
Leerdoelen
Let op: Aan het einde van de les moet je kunnen vertellen in hoeverre je hem beheerst.
Slide 9 - Tekstslide
Een T-rex en een vrouw op naaldhakken maken een wandeling op het strand. Wie zakt het diepste weg in het zand?
Leg je antwoord uit!
Slide 10 - Open vraag
§6.4 Druk
Hoewel de T-rex veel zwaarder is als de vrouw met naaldhakken zakt zij toch verder weg in het zand. Dit komt onder andere door een verschil in:
Oppervlakte
Je krijgt het grootste effect als je een grote kracht op een klein oppervlakte laat werken.
Groot oppervlak = kleinere uitwerking
Klein oppervlak = grotere uitwerking
Slide 11 - Tekstslide
Oppervlakte berekenen
Oppervlakte = lengte x breedte
A = l x b
Oppervlakte = pi x straal x straal
A = x r x r
π
straal
A = Oppervlakte
l = lengte
b = breedte
A = Oppervlakte
= pi (3,14)
r = straal
π
De eenheid van de oppervlakte is afhankelijk van de eenheid van lengte en breedte. Is lengte en breedte in cm dan is de oppervlakte cm2 is de lengte en breedte in m is de oppervlakte m2.
Rechthoek
Cirkel
schrijf dit even op een kladblaadje!
Slide 12 - Tekstslide
Voorbeeldopgave 5a:
Bereken de oppervlakte van de rechthoek.
Slide 13 - Open vraag
Voorbeeldopgave 5b:
Bereken de oppervlakte van de cirkel.
Slide 14 - Open vraag
Voorbeeldopgave 5c:
Bereken de oppervlakte van de rechthoek
Slide 15 - Open vraag
Als je een kracht uitoefent op een oppervlakte is de uitwerking groot.
Als je een kracht uitoefent op een oppervlakte is
de uitwerking klein.
Vul de woorden op de juiste plek in.
woorden:
groot
klein
Slide 16 - Sleepvraag
Huiswerk
Maken en nakijken:
§6.4 opdr. 40 t/m 47
Maak een foto en lever hier foto's in van blz. 103 en 104.